DVD Recensies

WEBER: HUNTER'S BRIDE, THE (DER FREISCHÜTZ), HARDING

Weber: Der Freischütz. Julia Banse (Agathe), Michael König (Max), Regula Mühlemann (Ännchen), Michael Volle (Kaspar), Franz Grundheber (Ottokar), René Pape (Eremit), Benno Schollum (Kuno), Olaf Bär (Kilian) met het Berlijns omroepkoor en het Londens symfonie orkest o.l.v. Daniel Harding. ArtHaus 101.692 (dvd , 137’ + 10’). 2010

Weber: Der Freischütz. Edith Mathis, Toni Blankenheim, Gottlob Frick, Hans Sotin, Franz Grundheber, Arlene Saunders, Ernst Kozub, Tom Krause met het Ensemble van de Hamburgse Staatsopera o.l.v. Leopold Ludwig. Dreamlife DLVC 1115, ArtHaus 101.271 (dvd). 1968

Weber: Der Freischütz. Catarina Ligendza, Toni Krämer, Wolfgang Schöne, Wolfgang Probst met het Ensemble van de Staatsopera Stuttgart o.l.v. Dennis Russell-Davies. Warner 5050467-3524-2 (dvd). 1981

Weber: Der Freischütz. Inga Nielsen, Malin Hartelius, Peter Seifert, Matti Salminen met het Ensemble van de Opera Zürich o.l.v. Nikolaus Harnoncourt. TDK DV-OPDFR (2 dvd’s). 1999 

Weber: Der Freischütz. Charlotte Margiono, Sabine Ritterbusch, Albert Dohmen met het Ensemble van de Hamburgse Staatsopera o.l.v. Ingo Metzmacher.        ArtHaus 100.106 (dvd). 1999.

Hunter’s Bride, Music based on Der Freischütz is een film van Jens Neubert uit 2010. Hiermee wil hij een zet doen op het multimedia schaakbord door niet te spreken van een operafilm, maar van een filmopera. De titel is duidelijk bedoeld om meer aandacht op Agathe dan op Max te vestigen. Nieuw is zo’n concept niet sinds Ingmar Bergmans Die Zauberflöte uit 1975 en  Joseph Losey’s Don Giovanni uit 1979 (ook op dvd). Maar ook Bizet’s Carmen, Puccini’s Turandot (Mehta, Peking. 1998) en Tosca en Marschners Der Vampyr bestaan in filmvorm.

Het grootste probleem bij dergelijke verfilmingen is, dat de vaart van de film de handeling in de opera met quasi stilstaande beelden tijdens de aria’s slecht te combineren is.

De handeling speelt zich in tijd opgewaardeerd rond Dresden – een voor Weber belangrijke stad - af in 1813 na de Napoleontische oorlogen waarin Max en Kasper als soldaten dienden in het leger van de Saksische koning Friedrich August I. Daaraan wordt nog gerefereerd aan het begin met een kort stukje strijd en in de Wolfschlucht die nog lijken bevat. Of dat overtuigend is in het operakader?  Maar nog concreter is dat Ottokar een bataljon van zijn manschappen bijna thuis in een kampement heeft ondergebracht.

In dit geval is van voordeel dat Neubert de handeling mee laat sturen met de presente gesproken dialogen. Hem staat een hoogwaardig zangersgezelschap ter beschikking. Als Agathe is Juliane Banse een schitterende ster in dat geheel. Jammer dat ze in de eerste akte ontbreekt en in de laatste niet erg uit de verf komt. Max daarentegen  wordt door Michael König wat plomp en haast ongeïnteresseerd uitgebeeld. De overige solisten van naam en met een grote reputatie presteren goed, met name de heremiet van Pape, de Caspar van Volle. maar nieuwkomster Regula Mühlemann blijft als Ännchen daarbij hoorbaar achter. Over het aandeel van Harding en het orkest veel goeds, maar om dat te beoordelen is enige fantasie nodig. In tegenstelling tot vroegere generaties operazangers heeft de huidige wel geleerd om geloofwaardig te acteren. Lastig te realiseren handelingen uit de opera, zoals Max die de adelaar neerhaalt, Samuel zelf en het gieten van de kogels, zijn weggelaten.

Een ander probleem is de geluidsweergave. Joel Iwataki was voordat men aan de film begin in Abbey Road (!) de opnametechnicus die de complete muziek registreerde. De samenvoeging als soundtrack voor de film lukte namelijk vriendelijk gezegd niet voor de volle honderd procent, hoe welluidend het ook klinkt. De playback lipsynchronisatie lukte goed, maar er blijft een discrepantie tussen de akoestische omstandigheden in de studio en in de openlucht. Natuurgeluiden, zoals loeiende koeien, vogelgeluiden maar ook kanonvuur op afstand zijn handig ingedubd.

Op een groot bioscoopscherm zou dit alles nog beter tot zijn recht komen. De andere niet nader becommentarieerde dvd’s worden slechts vermeld om duidelijk te maken dat ook een aantal ‘gewone’ theaterverfilmingen van deze opera bestaat.