Fonografie Muziek

KREUTZER EN DE GEVOLGEN

KREUTZER EN DE GEVOLGEN

 

Vier manieren om de Kreutzersonate te ondergaan

 

Beethoven 

 

Als pianist beschikte Beethoven over een briljante techniek en een groot improvisatievermogen en hoewel hij als violist van gemiddeld niveau was, kende en beheerste hij ook dat instrument goed. Zijn vioolsonate nr. 9 in A op. 47 uit 1803, de bekendste van het tiental werken in deze vorm, had eigenlijk de bijnaam Bridgetower sonate en niet de Kreutzer sonate moeten heten. De bedoeling was namelijk dat hij dit werk zelf met de Afro-Britse violist George Bridgetower zou uitvoeren, maar zijn relatie met Bridgetower bekoelde en in plaats van een hem droeg Beethoven het stuk op aan de Franse violist Rodolphe Kreutzer (1766-1831). Beethoven schreef over hem aan zijn muziekuitgever Simrock: “Dieser Kreutzer ist ein  guter, lieber Mensch, der mir bei seinem hiesigen Aufenthalte sehr viel Vergnügen gemacht, seine Anspruchslosigkeit und Natürlichkeit ist mir lieber als alles Extérieur und intérieur der meisten Virtuosen”.

De sonate voor piano en obbligato viool werd in grote haast geschreven en tijdens de première in Wenen speelde de componist van een ruwe partituur van de eerste twee delen, terwijl Bridgetower over zijn schouder meelas. Als finale nam Beethoven een vrolijke tarantella die oorspronkelijk was bedoeld voor zijn andere sonate in A op.30/1. Die finale herinnert ons eraan dat de viool eigenlijk een duivels instrument is (denk aan Tartini’s Duivelstrillersonate) en dat past volmaakt, want afgezien van de broeierige adagio sostenuto inleiding met sfeervolle dubbelgrepen op de viool aan het heroïsche daaropvolgende presto al even veeleisend. het centrale andante con variazioni vormt maar een betrekkelijk rustpunt en het slot presto is al even virtuoos en extravert van stemming. 

Beide partijen zijn enorm veeleisend, hoewel de pianist de zwaarste last heeft te dragen, met name in het eerste deel. Bij een adequate uitvoering komt het evenzeer op de inzet en de mogelijkheden van beide vertolkers aan want het werk vergt grote virtuositeit van beiden.

 

Tolstoi

 

Tolstoi liet zich fantasievol verleiden tot de novelle De Kreutzersonate als naamvertelling uit 1889. In dat verhaal ontspint zich in tijdens een treinreis een discussie over vrouwen. Een oude koopman oordeelt dat een man zijn vrouw steeds moest beheersen, maar de enige vrouw in het gezelschap spreekt dat tegen want ze geloofd in een gelijkwaardig, liefdevol huwelijk. Dan mengt zich Pozdnysjev in het gesprek en vertelt dat hij zijn vrouw heeft vermoord.

Wanneer de ik-verteller alleen achterblijft met deze  Pozdnysjev, vertelt deze het hele verhaal. In zijn jeugd viel hij als welvarende man voor veel vrouwelijke charmes, maar tenslotte werd hij verliefd op één enkele vrouw met wie hij ook trouwde. Maar al snel ontstond onenigheid omdat het huwelijk vooral op begeerte was gebaseerd. 

De zelf pianospelende vrouw leerde de violist Truchachevsky kennen en samen met hem speelde ze Beethovens Kreutzersonate. Pozdnysjev kreeg een grote hehel aan het werk en aan muziek in het algemeen omdat deze ongeoorloofde gevoelens oproept bij de luisteraar. Gekweld door deze gedachte en in de veronderstelling dat zijn vrouw wel een verhouding zou hebben met Truchachevsky groeide zijn wantrouwen.

Toen hij onverwacht vroeger van een zakenreis terugkwam betrapte hij zijn vrouw tijdens een intiem diner met de violist en doodde zijn vrouw met een dolk na haar op het laatst nog om vergeving te hebben gevraagd, maar zij weigerde dat.

Truchachevsky ontkwam. Tot een veroordeling wegens moord kwam het niet omdat de rechter van mening was dat een crime passionel na overspel is toegestaan. Aan het eind van de reis neemt de verteller afscheid van een zeer treurige en berouwvolle Pozdnysjev.

 

Janáček

 

De traditie om programmatische en autobiografische elementen in zijn muziek te vermengen heeft een lange geschiedenis in de Tsjechische kamermuziek. Janáček had maar weinig belangstelling voor abstracte muzikale boodschappen en baseerde als zijn kamermuziek op reeds bestaand materiaal. In het geval van Kreutzersonate, de bijnaam van zijn eerste strikkwartet uit 1923, greep hij terug op zijn levenslange hartstocht voor de Russische literatuur. Het drama en de hartstocht en zelfs het geweld uit Tolstoi’s novelle De Kreutzersonate (1889) zijn essentieel voor ’s componisten buitengewone werk.

Het is onwaarschijnlijk dat  Janáčeks  creativiteit uit zijn twaalf laatste levensjaren zo’n buitengewoon persoonlijk karakter had gehad zonder zijn brandende liefde voor Kamila Stössková die hij in de zomer van 1912 in zijn favoriete kuuroord Luhačovice had ontmoet. Daar beleefde de componist een ware opleving, getuige ook dit werk vol lyrische en dramatische inventiviteit.

 

Als het verlangen maar stopt

 

Bij wijze van naspel in het heden is er eind 2015 een toneelversie van Kreutzersonate in omloop waarin actrice Angela Schijf en acteur Tom van Landuyt in een hedendaagse bewerking van Tolsoi’s novelle onder de titel Als het verlangen maar stopt in een eigen vorm naspelen. Twee acteurs en twee musici laten zien en horen waartoe passie en jaloezie kunnen leiden. 

Violiste Hannah en Karsten hebben een goed huwelijk totdat Hannah pianist Michaël leert kennen. De door het musiceren ontstane intimiteit brengt ook Karsten bijna tot waanzin.

 

Discografie

 

Beethoven: Vioolsonate nr. 9 in A op. 47. Gidon Kremer en Martha Argerich. DG 447.054-2

 

Janáček: Strijkkwartet nr. 1. Pavel  Haas kwartet. Supraphon SU 3922-2.