Fonografie Muziek

BERUSTEND CONSERVATISME

BERUSTEND CONSERVATISME

 

Jarenlang was ik een zogenaamd early adapter waar het ging om de aanschaf van nieuwe apparatuur, nieuwe uitvindingen op audiogebied. Tenminste als ik er op technische en muzikale gronden iets in zag en verwachtte dat het moois enige toekomst had. De stereo lp, de Dolby cassette, de cd, de dat recorder heb ik meteen dankbaar aan het muzikale hart gedrukt. Daarentegen heb ik bijvoorbeeld de quadrafonie na wat ongelukkig aflopende experimenten aan me voorbij laten gaan. Dat was vroeger.

Daarna kwamen de fascinerende experimenten met datareductie en heb ik uitgebreid geproefd van de resultaten van ATRAC, MUSICAM, PASCAM, de diverse MPEG lagen en hoe het moois verder heette. Als toepassingen faalde uit gebruikspraktische overwegingen het in muzikaal opzicht best geslaagde Philips DCC systeem en ben ik voor eigen opnamen die niet aan de allerhoogste eisen moesten voldoen dankbaar gebruik gaan maken van Sony’s minidisc, draagbaar voor interviews en stationair opgenomen in de HiFi keten voor radio opnamen.

Daarna trad wat mij betreft betrekkelijke rust, stilstand in, al wilde ik wel graag met een Panasonic DVD-RV 60 dvd-v speler gaan genieten van de geneugten van dvd-v moois. Tussen mijn jeugd (jaren dertig vorige eeuw) en pak weg 1990 zijn de opname- en weergavetechnieken in grotere en kleinere stappen vooruitgegaan en ik ben dankbaar daarvan getuige te zijn geweest. De laatste jaren is – begrijpelijk genoeg – de vaart er danig uit. Het is wel merkwaardig te volgen hoe men het enerzijds zoekt in nog drastischer vormen van datareductie en anderzijds in pogingen tot perfectionering via uitgekiende technieken als DSD, de blue ray laser en dergelijke.

Licht geamuseerd en verbaasd lees ik in de echte HiFi bladen wat daar vaak aan absurd dure apparatuur, kabels en randspullen wordt besproken. Nog amusanter is dan te lezen wat sommige trotse bezitters van dat dure fraais aan cd’s bezitten en waarnaar ze luisteren. Erg onthullend meestal voor een uitgesproken longhair die apparatuur als middel en mooie (ja, louter klassieke) muziek als doel beschouwt. Een ton in euro’s geïnvesteerd om verzaligd 5 demoplaatjes te beluisteren. Wèl natuurlijk liefst ook met surround weergave, waarvan ik op grond van 90% negatieve ervaringen graag afzie; dat medium als zodanig lijkt ook steeds maar niet van de grond te komen; geen wonder eigenlijk.

Met die pittiger vormen van datareductie als AAC, MPEG 3 en WMA en hoe ze verder mogen heten, heb ik zelfs geen kennis gemaakt. Als ik nog terugdenk aan de stevige ingrepen van het dbx systeem dat ‘ruispompen’ veroorzaakte, ben ik beducht voor hoorbare verliezen en nare artefacten. Omdat ik te zeer gehecht ben aan originelen als hebbedingetjes met oorspronkelijke boekjes, illustraties en al op cd gebied, zie ik me – toch al een digibeet die nauwelijks wat met internet doet – niet gauw muziek downloaden en dus ook niet sta te trappelen om een iPod aan te schaffen, al hoor ik van ervaringsdeskundigen dat Apple iTunes blijkbaar heel mooie resultaten biedt.

Getuigt het van verstokt conservatisme of zelfs van uitgesproken achterlijkheid dat ik nog best tevreden ben met mijn Sony SCD-555ES cd speler (die in stereo ook sacd’s getrouw weergeeft), Sony JDS ME-500 md deck, Van Medevoort DA 333 (digitaal/analoge) voorversterker, twee PA 222 eindversterkers, Van Medevoort bekabeling en Celestion Systeem 6000 luidsprekers in de huiskamer en gemodificeerde Sony 557-ESD cd speler, Van Medevoort CA 220 voorversterker/PA 222 eindversterker en eerste generatie B & W 801 luidsprekers in de werkkamer? Mogelijk oud roest in de ogen en oren van de jongere generatie, maar ik ben er nog steeds gelukkig mee.

Natuurlijk kan het mooier en beter; dat kan haast altijd, maar anders is niet steeds beter en je moet een keer tevreden zijn.  Het heeft ook iets troostrijks, geruststellends om niet meer voortdurend onrustig op zoek te hoeven naar nieuwers en zogenaamd beters maar tevreden en gelukkig te zijn met het bestaande.