Fonografie Muziek

BEETHOVEN IX: VIERMAAL DOOR KLEMPERER

VIERMAAL KLEMPERER MET BEETHOVENS ‘NEGENDE’

 

Gisteravond (28-09-2009) met enige ontroering gekeken op tv zender Mezzo naar de uitzending van een uitzending in de serie ‘classical documents’ naar een oude, ietwat korrelige opname van Beethovens Symfonie nr. 9 in de Londense Royal Albert Hall tijdens een Prom uit 1964 met Otto Klemperer in zijn laatste levensjaar zittend voor het  Philharmonia orkest, waarbij zich vóór het derde deel de solisten Agnes Giebel, Marga Höffgen, Ernst Häfliger en Gustav Neidlinger voegden.

De beeldregistratie was voor die tijd opvallend goed met telkens de aandacht gericht op die plaatsen in het orkest waar iets muzikaal relevants gebeurde en natuurlijk schuin links voor op de dirigent, die met gedecideerde gebaren het orkest als geheel leidde en waar nodig met blikken en extra gebaren of tekens – soms met wapperdende vinders à la Gergiev - voor uitgewerkte soli, details en dynamische verhoudingen zorgde.

Hier kwam opnieuw een kenmerkende eigenschap van Klemperers omgang met de orkestratie tot uiting. In tegenstelling tot de gangbare opvatting, waarin het accent meer op de inbreng van de strijkers dan op die van de blazers lag, gaf hij voorrang aan de blazers en het slagwerk. Structuur was voor hem kennelijk wezenlijker dan kleur.

Het eerste deel is typisch zoals we dat van deze dirigent kennen: vol gemarmerde kracht. In het tweede deel worden alle herhalingen in acht genomen, het derde klinkt opvallend lyrisch en in de finale worden alle noodzakelijke krachten ontketend.

Afgezien van de gecomprimeerde dynamiek bleek ook de geluidskant goed verzorgd te zijn met veel hoorbaar wat anders verloren pleegt te gaan, zeker in de akoestisch moeilijke Engelse zaal.

Mooi ook de orkestopstelling met zoals het hoort eerste violen links en tweede rechts. De contrabassen voor die tijd toch wat ongewoon achteraan links met daarvoor de celli naast de alten verder naar links. In het orkest wat oude bekenden zoals concertmeester Hugh Bean, eerste hoboïst Sydney Sutcliffe en eerste hoornist Alan Civil. Gelukkig is deze markante, historisch interessante uitvoering  op dvd verkrijgbaar.

Een eerdere cd opname uit 1960 op Stradivarius was niet bij de hand.

Blijven beide bekende uitgaven uit november 1957. Bij de eerste gaat het om een ‘live’ Testament opname uit de Royal Festival Hall, bij de tweede om de bekende EMI studio opname uit Kingsway Hall. Misschien wat spijtig voor de bezitters van die EMI opname (waaronder uw recensent): die Testamentversie is duidelijk mooier in een paar opzichten.

Om te beginnen die door de dirigent gewenste orkestbalans. Bij EMI horen we blazers plus slagwerk enigszins gefilterd door een gordijn van strijkers, bij Testament klinken ze in de nagestreefde proporties, wat in de finale ook het koor ten goede komt. Bij studio-opnamen zou destijds niemand het hebben gewaagd om zo’n balans te kiezen, maar wat zal de dirigent er tevreden mee zijn geweest en hoe kunnen wij daar nu nog van profiteren. Is hier dus louter van verbetering sprake? Nee, helaas niet: de vier solisten zijn wat onderbelicht. In het geval van tenor Kmennt met zijn dunne toon is dat het minst erg. Verder lijken beide vertolkingen in essentie heel sterk op elkaar. De zaalopname is wel nog iets straffer, meer gespannen (maar nauwelijks sneller). En door de aanwezigheid van publiek is ook de intensiteit wat groter. Een ander voordeeltje: de klank is hier een fractie warmer.

De conclusie ligt derhalve nogal voor de hand: wanneer men van dit werk thans nog een uitvoering door Klemperer wenst, is de Testamentversie daarvoor de beste aanbeveling.

 

Discografie

1957. Aase Nordmo Løvberg, Christa Ludwig, Waldemar Kmennt, Hans Hotter met het Philharmonia koor en orkest. Testament SBT 1177.

 

1957. Aase Nordmo Løvberg, Christa Ludwig, Waldemar Kmennt, Hans Hotter met het Philharmonia koor en orkest. EMI 566.797-2.

 

1960. Wilma Lipp, Ursula Boese, Fritz Wunderlich, Franz Crass met de Wiener Singverein en het Philharmonia orkest. Stradivarius STR 10003.

 

1964. Agnes Giebel, Marga Höffgen, Ernst Häfliger, Gustav Neidlinger met het Philharmonia koor en -orkest. EMI 599.939-9 (dvd)