De Digital Versatile Disc (DVD) is moeizaam op weg om niet alleen de LaserDisc en de voorbespeelde VHS videocassette te vervangen, maar gaat ook als DVD Audio de CD concurrentie aandoen. Na jarenlange onderhandelingen is de audio standaard 1.0 8 februari 1999 aanvaard voor het vijfde lid van de DVD familie (na DVD-Video, DVD-ROM, DVD-RAM en DVD-R) - maar helaas werkt het nieuwe plaatje niet in combinatie met de bestaande DVD spelers.
Als beeldplaat heeft DVD reeds lang gewonnen van de voorgaande formaten. Wereldwijd bezitten zo’n drie miljoen huishoudens een DVD speler en er moeten ongeveer vijfhonderd titels - waaronder de nodige muziekvideo’s - ter beschikking zijn. Met zijn uitstekende geluidskwaliteit lijkt DVD gepredestineerd voor muzikale inhoud. Ook wanneer sommige puristen liever met gesloten ogen naar muziek luisteren, tenminste opera en ballet hebben ook een duidelijke visuele component.
Om te beginnen grijpt de muziekindustrie in de lade “populaire klassieken”: de drie tenoren zijn op verschillende DVD labels beschikbaar. Nieuw bij BMG is de misschien wel spectaculaire maar muzikaal povere Turandot uitvoering uit de Verboden Stad in Peking. Ook Sony mikt op vertrouwd materiaal: een Weens Nieuwjaarsconcert met Karajan, Vivaldi’s Vier jaargetijden en Beethovens 9e. Hopelijk wordt daar met de groeiende populariteit van DVD steviger kost aan toegevoegd.
Wat het geluid bij het beeld betreft, voorziet de DVD-Video norm in verschillende formaten: een verwarrende toestand, die om enige opheldering vraagt. Om het beginnen zijn daar de “verplichte” formaten, die elke DVD speler moet bieden. Voor Europa zijn dat de beide datagereduceerde meerkanaals systemen MPEG-2 audio en Dolby Digital (ook wel AC-3 genaamd) plus het van de CD bekende, niet gecomprimeerde PCM principe. Minstens een van deze drie formaten moet op elke Europese DVD voorhanden zijn.
Bovendien kan het aan de bioscoop ontleende DTS geluid zijn vastgelegd, wat echter vrij veel plaats op de software vergt. Voorgeschreven is verder, dat elke DVD speler in staat is om meerkanaals geluid zoals Dolby AC-3 te herleiden tot twee stereo kanalen. Terecht terwille van de velen die niet met vijf luidsprekers afluisteren.
Van de diverse audio standaards die op papier bestaan, worden er in de praktijk eigenlijk maar twee toegepast: AC-3 en PCM. PCM geluid komt uit ruimte beperkende overwegingen alleen voor stereosignaal in aanmerking terwijl Dolby AC-3 voor vijf kanaals geluid bij DVD de dominante vorm is.
Warner Music biedt soms beide formaten op hetzelfde plaatje: op de A-kant AC-3 en op de B-kant PCM; de video-inhoud is in beide gevallen dezelfde. Dergelijke dubbelzijdige schijfjes hebben geen etiket doch slechts een minimaal opschrift aan de binnenrand. Dergelijke DVD’s zijn uitermate geschikt om stereo- en meerkanaals weergave te vergelijken, maar tevens om datagereduceerde opnamen te vergelijken met CD identieke dito’s. Zo kan iedereen zichzelf een mening vormen over de merites van Dolby AC-3 geluid. Overigens: jammer genoeg kan het PCM geluid van de DVD niet worden gereproduceerd met een gewone CD speler. Het dataformaat is weliswaar identiek, maar de DVD is voor een CD speler veel te gecomprimeerd vastgelegd. Omgekeerd kan elke DVD speler wel CD’s afspelen.
Ook Denon Music zorgt bij zijn Ambiance DVD’s voor beide audioformaten AC-3 en PCM en brengt ze zelfs op één plaatkant onder. Op de DVD speler kan voor het gewenste audioformaat worden gekozen. Plaats is er genoeg, want Denon heeft afgezien van bewegende beelden. Wie het TV toestel inschakelt, kan stilstaande beelden bekijken. Bijvoorbeeld foto’s van de Oude Opera in Frankfurt of begeleidende teksten over componist, werk en uitvoerenden.
De specialiteit van de Ambiance reeks vormen ‘live’ opnamen en daarbij komt de meerkanaals techniek goed te pas. Eindelijk hoest, ritselt en applaudisseert het publiek achter en naast de kijker en niet achter het toneel. Zo ontstaat de echte sensatie van het in de concertzaal aanwezig zijn.
Hoewel de Denon DVD’s de facto zuivere geluidsdragers zijn, komen ze formeel overeen met de DVD video standaard - iets vergelijkbaars was er tot nu toe niet. Ook Chesky, het in sommige kringen gerenommeerde audiofiele label uit de V.S., gebruikt het DVD-Video formaat voor pure audio opnamen. Maar daarbij gaat het David Chesky niet om meerkanaals techniek: hij beperkt zich (terecht) tot de klassieke stereofonie, maar dan in een ten opzichte van de standaard CD norm verbeterde vorm. Hij werkt met de dubbele bemonsterings frequentie en kan op deze manier geluid tot bijna 50kHz onderbrengen. Verder wordt terwille van een groter oplossend vermogen niet met 16- doch met 24-bit gekwantificeerd, wat in theorie een winst van bijna 50dB dynamiek betekent. In deze beide mogelijkheden voorziet de DVD-Video norm: bemonsterings frequenties tot 96kHz en woordlengtes tot 24-bit. Heel wat DVD-Video spelers beschikken daarom over D/A omzetters met een groot oplossend vermogen, sommige kunnen zelfs de reusachtige hoeveelheden data digitaal leveren. Externe omzetters die 96kHz en 24-bit aankunnen, zijn ook al op de markt, onder andere van Mark Levinson.
Waarom dan eigenlijk nog DVD-Audio? Waarom nog weer een nieuwe norm wanneer in het kader van DVD-Video al hoogoplossend geluid ter beschikking staat? Simpel omdat de vaders van de DVD die twee kanalen met hoog oplossend vermogen niet haalden. Ze wilden meerkanaals opnamen met 96kHz en 24-bit mogelijk maken, maar dat overschreed de grenzen van de DVD. De data structuur op de plaat had dan om te beginnen moeten worden gewijzigd en bovendien zette de muziekindustrie nog verschillende coderingen door welke de huidige DVD spelers niet kunnen ontcijferen. Bedenk alleen al dat de opslagcapaciteit van een DVD-Audio plaatje een factor zeven maal zo groot is als die van een CD.
Kortom: de nieuwe DVD-Audio werkt niet in combinatie met de bestaande spelers.
De onlangs aanvaarde DVD-Audio norm maakt het mogelijk om behalve meerkanaals opnamen met 96kHz/24-bit ook stereo signaal tot 192kHz/24-bit in stappen van 44,1, 48, 88,2, 96, 176,4 en 192kHz c.q. 16-, 20- of 24-bit op te slaan. Het frequentiebereik wordt daarmee tot bijna 100kHz opgerekt. Alleen gaf de muziekindustrie pas groen licht voor de nieuwe geluidsdrager toen een overeenkomst was bereikt over een omvangrijk pakket aan kopieer beveiligingsmaatregelen, dat meteen met de computer branche werd overeengekomen. Deze actie is in de eerste plaats gericht tegen piraterij, die optisch ontmaskerd wordt en die door de speler niet wordt geaccepteerd. Bovendien wordt zo het illegaal kopiëren met behulp van de computer de pas afgesneden. Ook DVD loopwerken en CD recorders moeten zich binnenkort aan de kopieerbeveiliging onderwerpen. Deze regels worden ten opzichte van de tot nu toe bepalende SCMS regels aangescherpt.
IBM, Intel, Matsushita en Toshiba suggereerden het kader en de software producenten BMG, EMI, Sony Music, Universal Music en Warner Music zorgden dat de complexe puzzle werd opgelost. Dat kader omvat ‘watermerk’- en coderings technologie. Daardoor kan binnenkort ook niet meer in de eerste generatie zo vaak men wil digitaal worden verder gekopieerd, maar per recorder nog slechts één keer. Verder wordt het identiteitsnummer van de plaat die in de speler zijn datastroom prijsgeeft, in de recorder opgeslagen. Bij een tweede kopieer poging van dezelfde plaat weigert de recorder op te nemen. Een verder streven van de muziekindustrie gaat in de richting van het onhoorbaar verstoppen van de copyright informatie in het audiosignaal zodat deze ook in het analoge domein bewaard blijft.
Wanneer mogen we de eerste DVD-Audio spelers verwachten? Panasonic wil komende zomer een voorzet geven met een speler die minder dan ƒ2.500 moet kosten. Een vergelijkbaar apparaat, dat speciaal wordt afgestemd op optimale geluidsweergave wordt kort daarna door Technics geïntroduceerd voor een paar honderd gulden meer.
Ook Denon, Kenwood, Pioneer en Onkyo hebben voor DVD-Audio geschikte spelers voor eind 1999/begin 2000 aangekondigd. De prijzen zouden tussen de ƒ3.500 en ƒ10.000 liggen. Bij al deze spelers gaat het om universele apparaten, die zowel met DVD-Video als DVD-Audio raad weten. In de branche gaat men ervan uit dat in de nabije toekomst alle DVD spelers beide formaten ondersteunen.
Dit betekent uiteraard niet dat elke speler uit de ƒ1.000 klasse het in zich heeft om de 100kHz bandbreedte en de 140dB dynamiek in volle omvang te presenteren. Belangrijk is echter vooral dat de toekomstige apparaten compatibel zijn met het DVD-Audio formaat. Wie werkelijk van het grote oplossend vermogen van de nieuwe plaat wil profiteren, zal diep in zijn portemonnaie moeten grijpen. Want 24-bit omzetters die hun naam eer aandoen, zijn duur. Voor meerkanaals weergave zijn er bovendien zes van nodig. Jammer genoeg zal het niet mogelijk zijn om het grote oplossend vermogen via een externe omzetter uit te buiten want de nieuwe spelers leveren het digitale signaal slechts met het oplossend vermogen van een gewone CD.
Wanneer komen de eerste DVD-Audio opnamen? De muziekindustrie is terughoudend met introductie data. Terecht, want in het verleden werden dergelijke beloftes bij de introductie van CD, CD-Video, LaserDisc, DCC, DVD-Video steeds geschonden. Niettemin heeft Warner Music aangekondigd komend najaar met opnamen met hoog oplossend vermogen te komen. Ook de Universal groep, waartoe sinds kort Decca, DG en Philips behoren, produceert in Hannover reeds DVD-Audio plaatjes. Denon wil zijn Ambiance productie voortaan ook in DVD-Audio formaat aanbieden - met meerkanaals PCM in plaats van Dolby AC-3. De prijs zal rond de ƒ50 liggen.
De Super Audio CD (SACD) van Philips en Sony
Sony Music komt niet binnen afzienbare tijd met DVD-Audio opnamen omdat het moederconcern met Philips aan een concurrerend formaat is gewerkt: de Super Audio CD. De beide firma’s zijn de licentiegevers van het CD systeem en willen niet dat hen met DVD-Audio de kaas van het brood wordt gegeten. Als er dan al een opvolger van de CD moet komen met hoogoplossend vermogen, dan alsjeblieft eentje onder het systeembeheer van Philips/Sony. Dat is het uitgangspunt.
Aan het begin staat een nieuwe manier van opnemen in DSD (Direct Stream Digital) formaat, een opgewaardeerde vorm van het Philips Bitstream verhaal. Gewerkt wordt met een 1-bit signaal zonder noodzaak voor interpolatie en filtering.
Qua technische eigenschappen bestaat nauwelijks verschil tussen SACD en DVD-Audio. Alleen het dataformaat is heel anders: bitstroom met een bemonsteringsfrequentie van 2,8224MHz bemonsteringsfrequentie dus in plaats van PCM woorden. Wat het oplossend vermogen betreft, doet het Philips/Sony schijfje niet onder voor DVD-Audio met een frequentiebereik van bijna 100kHz en een immense dynamiek tot 120dB.
Heel interessant is bij de SACD het feit dat deze in drie vormen kan worden aangeboden: enkellaags (met een enkele HD informatielaag van 4,7Gbyte), dubbellaags (8,5Gbyte) en als zogenaamde hybride plaat kan worden voorzien van twee informatie lagen. De ene met hoog oplossend vermogen (HD), de andere met een standaard met CD compatibele vorm, zodat het bewuste plaatje ook met gewone CD spelers kan worden weergegeven. Alleen is deze techniek blijkbaar nog niet helemaal uitgerijpt of althans niet tegen aanvaardbare kosten te realiseren. Daarom heeft Sony aangekondigd om voorlopig alleen de hoogoplossende SACD aan te bieden.
In de sfeer van kopieerbeveiliging heeft men een mooie oplossing gevonden die niet zoals bij sommige vroegere voorstellen het muzieksignaal zelf aantast. Het gaat om een PSP (Pit Signal Processing) watermerk, een technologie waarmee met behulp van een patroon van microscopisch kleine zichtbare of onzichtbare inkepinkjes in het plaatoppervlak wordt aangebracht, dat door de speler wordt herkend en dienovereenkomstig het kopiëren beperkt.
De eerste plaatjes worden in mei in Japan uitgebracht, Europa volgt komend najaar. De bijbehorende spelers - voorlopig uitsluitend van Sony met de SCD-1 - moeten ongeveer ƒ8.000 kosten als de prognoses kloppen. Sony rondt trouwens aan hardware kant af met een compleet systeem, verder bestaande uit de versterkercombinatie TA-E1/TA-N1, de SS=1ED luidspreker met het SS-TW100ED super tweeter systeem.
Toch lijkt het perspectief voor Philips/Sony niet erg rooskleurig. Net als bij eerdere dubieuze introducties van nieuwe systemen en formaten krijgen we lijstjes van firma’s die aan hardwarekant meedoen (Accuphase, Denon, Kenwood, Marantz, Nakamichi, Onkyo, Sharp, Teac, Yamaha) en die DSD studio’s inrichten (DG, Denon, Hyperion, Philips, Sony, Telarc o.a.) en de belofte van “10 platen per maand”, maar door schade en schande wijs geworden, weten we wat dergelijke beloftes waard zijn. Over verkoopprijzen hult men zich ook nog in absoluut stilzwijgen.
Wel is het bestaan van dit alternatief op zichzelf weer aanleiding om de consument onzeker te maken. Te vaak is deze in het verleden geconfronteerd met geflopte producten (Elcaset, Betamax, Video 2000, LaserDisc, CD-Video, DCC). Wie investeert zo’n ƒ10.000 in een nieuw speeltje waarvan de toekomst zo vaag is?
Denon komt met een verzoenend gebaar. Begin volgend jaar overweegt men om een universele speler op de markt te brengen. Een combi-apparaat dat zowel de verschillende DVD formaten als de SACD kan weergeven. Helaas behoort ook dat apparaat tot de allerduurste High End prijsklasse. Yamaha kondigde intussen ook voor medio 2000 een dergelijk apparaat aan. En waar blijft Philips?
Voor de geïnteresseerde consument is het dus voorlopig weer afwachten geblazen. Wie verliefd is op een DVD speler en deze niet uitsluitend voor videoweergave wil gebruiken, moet met aanschaf tenminste komende herfst afwachten totdat de eerste universele spelers in omloop komen. SACD blijft een onzekere factor. Voorlopig lijkt het onwaarschijnlijk dat dit medium een snel succes zal zijn beschoren, want de uitwisselbaarheid met de gewone CD is nog te problematisch en het formaat wordt niet gedragen door een groot aantal maatgevende firma’s aan hard- plus aan software kant. Wel heeft Sony aangekondigd om de eigen DVD-Video spelers voortaan ook geschikt te maken voor DVD-Audio. Maar wordt daarmee niet het eigen SACD initiatief ondergraven?
Waarschijnlijk wachten de meesten toch tot de DVD ook voor opname geschikt is en de S-VHS recorder kan worden vervangen. Vooreerst leek een aantal technische problemen de introductie van DVD-R te verhinderen. Maar de laatste tijd klinken optimistischer prognoses door. Volgend jaar reeds zou een DVD recorder marktrijp zijn. Als datarecorder voor de pc bestaat de opneembare DVD reeds, maar de opslagcapaciteit is nog te klein voor video toepassingen en bovendien loopt deze DVD-RAM niet op DVD-Video spelers.
Er bestaan bovendien concurrerende voorstellen. Naast de vooral door Panasonic gepropageerde DVD-RAM staan Pioneers DVD-RW en van Philips en Sony de DVD+RW. Waar naar mag worden aangenomen de opneembare DVD de race gaat winnen, tracht iedere fabrikant zijn eigen systeem door te drukken. Dat heeft zelden tot succes geleid. Het is niet te hopen dat er weer een jarenlange strijd om de formaten ontstaat die tenslotte vooral verliezers kent.
Klassieke muziek op DVD-VideoBMG: Puccini: “Turandot”, Mehta
Sony: Beethoven: Symfonie no. 9, Karajan “Christmas in Vienna”, Domingo, Brightman, Lotti, Gocciante, MercurioDvorak: Symfonie no. 9, Karajan
Strauss: Nieuwjaarsconcert in Wenen, Battle en Karajan
Vivaldi: De 4 jaargetijden, Mutter en Karajan
Warner: Tenorengala, Pavarotti, Domingo, Carreras, Alagna, Shicoff, AragallMinkus: La Bayadère, Richter
The Enigma, documentaire over S. Richter
Schönberg: Les misérables, Abell
“De 3 tenoren”, Carreras, Pavarotti, Domingo
Tschaikovsky: Zwanenmeer, Lloyd-Jones
“My night with Händel”, Marengo
Klassieke muziek op DVD met stilstaand beeldBeethoven: Symfonie no. 3; Pianoconcert no. 2; Ouverture Egmont. Krainjef/St. ClairBeethoven: Symfonie no. 4; Bruckner: Symfonie no. 6, GelmettiBeethoven: Pianoconcert no. 2; Mahler: Symfonie no. 5, OueBeethoven: Pianoconcert no. 5; Stravinsky: Petroesjka, Pogorelich/Serof
Beethoven: Symfonieën no. 7 en 8; Wellington’s Sieg, Wolff
Chopin en Debussy: Pianowerken, Zjoekof
Debussy: Prélude à l’après midi d’un faune; Ravel: Pianoconcert voor de linkerhand; Stravinsky: Sacre, Wagner
Mahler: Symfonie no. 1, Schönwaldt
Orff: Carmina burana, ….Poulenc: Orgelconcert; Vivaldi: Ged. Uit De 4 jaargetijden; Tschaikovsky: Serenade voor strijkorkest. Djoerof
“Colours of Brass”
“Gershwin meets Renaissance”
“Ave Maria”, Hallashka
Momenteel beschikbare DVD spelers zonder decoder
Denon DVD-5000, Denon DVD 2000
Hitachi DV-P2ELG DVD-2000PMicromega DVDOnkyo DV-S501Panasonic DVD-A160, Panasonic DVD-A150, Panasonic DVD-L10, Panasonic DVD-P10Philips DVD 710, Philips DVD 730, Philips DVD 930Pioneer DV717, Pioneer DVL-919E, Pioneer DV-515, Pioneer DV 505, Pioneer DVL-909 Samsung DVD-807Sony DVP-S7700, Sony DVP-S715, Sony DVP-S315, Sony PBD-V30Thomson DTH 2000Toshiba SD-3107E Met decoderAkai DV-P 2000DDenon DVD 3000JVC XV-D 2000Kenwood DVF-9010, Kenwood DVF-5010, Kenwood DV-S701Panasonic DVD-A350Samsung DVD-907Sharp DV-660S, Sharp DV-560SSony DVP-S725DThomson DTH 2500Yamaha DVD-S700 DVD-Audio spelersPanasonic ………..Technics SACD spelersPhilips ………..Sony …………. Universele DVD-Audio en SACD spelersDenon ………..
Yamaha …………