Fonografie Techniek

GELUIDHINDER EN GEHOORBESCHADIGING

GELUIDHINDER EN GEHOORBESCHADIGING

 Medio juni was in de wijk waarin ik woon een wijkfeest waaraan ik categorisch niet heb meegedaan omdat mijn gehoororgaan me dierbaar is. Er was namelijk een bandje en een dj met luide muziek die niet in mijn elitaire smaak paste. Vóór mijn huisdeur op ca. 300m afstand heb ik met Mn nauwkeurige Brüel & Kjaer geluidsdrukmeter geluidsniveaus tussen de 68 en 82dBA gemeten, ter plekke moet dat niveau boven de 100dBA dus  bij langere ‘consumptie’ letselveroorzakend zijn geweest. Achteraf hoorde ik van aanwezigen dat het volslagen onmogelijk was om zelfs schreeuwend te converseren. Leve de lol. 

Arme oren!

Wie kent niet de reclamespot: “Laten we zacht zijn voor elkaar”. Bedoeld wordt: maak niet zoveel lawaai en stoor anderen niet. Om te beginnen kunnen radio, tv, muziekinstallaties, muziekinstrumenten en huishoudelijke apparatuur hiervan de oorzaak zijn. Veel erger is het wanneer we in een omgeving moeten wonen en/of werken waarin het geluidsniveau zo hoog is dat we serieus rekening moeten houden met gehoorbeschadiging. Dit kan optreden bij verkeersoverlast (men hoeft niet in het verlengde van een startbaan van Schiphol te toeven om te weten hoe serieus die bedreiging is), in de omgeving van zware machines, maar ook kan men het zichzelf vrijwillig aandoen door vlakbij luidsprekers te gaan staan in de disco of tijdens een popconcert of wanneer men met oortelefoons in gaat joggen in begeleiding van een luid tetterende Disc- of Walkman.

Tussen al die overlastbronnen bestaat tenminste één kenmerkend verschil. De bedrijfsmatig veroorzaakte geluidoverlast is vaak onvermijdelijk en voor de toegestane geluidsniveaus daarvan bestaan normen. De desbetreffende ARBO wetten regelen ook de te nemen beschermingsmaatregelen in de vorm van oordoppen e.d. Sommige overlast ik ook onvermijdelijk: vlieg- en wegverkeer, maar dat geeft al overlast genoeg zodat daar liever niets aan moet worden toegevoegd.

Erger is al die geluidsoverlast waaraan iemand in zijn eigen omgeving onvrijwillig wordt blootgesteld. Dat begint bij burengerucht vanwege vaak slecht tegen geluid geïsoleerde muren en wanden, het gaat verder bij de resultaten van het gemechaniseerde hoveniersbedrijf met zijn motormaaiers, bladblazers, Black & Decker heggescheerders, de stratenmakers en dakdekkers met hun luide gettoblasters. Het eindigt bij heimachines, extern aangebrachte werkliften, het nodeloos gegooi met bouwmaterialen (tevens goed voor ‘fijnstof’).

Erg is ook het tegenwoordige lawaaierige uitgaansleven waaraan men zich min of meer masochistisch moet blootstellen: braderieën, straatfeesten, kledingzaken voor jongeren en  terrasbezoek. Eerder irritant dan bedreigend is ook de Muzak in winkelcentra, liften, gedurende wachtlussen bij de telefoon. Het kwalijke is nu dat waar het bedrijfsleven aan normen en maatregelen is gebonden, de rest van de maatschappij volgens dat ellendige (on)tolerantieprincipe ‘moet kunnen!’ vrijelijk zijn gang kan gaan met het uitoefenen van al die vormen van geluidsterreur, of hooguit na een blijkbaar al te makkelijk verstrekte vergunning.

Het optreden van gehoorbeschadiging is – helaas – pas achteraf vast te stellen, de mate van hinderlijkheid van geluid en muziek kan veel moeilijker worden bepaald. Wat door de één als hinderlijk wordt ervaren, wordt vaak door de ander niet bewust gehoord of zelfs aangenaam gevonden. Het is dit subjectieve element dat de beoordeling van deze verschijnselen zo bemoeilijkt en zo subjectief maakt.

Eén ding is echter wel zeker: zoals elke oorspecialist en elke audioloog intussen weet, neemt het aantal gehoorgestoorden – juist ook onder jongeren – schrikbarend toe. Eigenlijk zou hier iemand die aan tinitus (een permanente snerpende fluittoon) lijdt hier eens een extra waarschuwend woord moeten laten horen.

 

Wat fysiologie

Om een beter begrip te krijgen van oorzaak en gevolg van gehoorbeschadiging is het goed om eerst eens vluchtig naar de fysiologie van het oor te kijken.

Het oor is onder te verdelen in het uitwendige gedeelte, het middenoor en het binnenoor. Het uitwendige gedeelte wordt gevormd door de gehoorschelp en de gehoorgang. De gehoorgang is een kanaal waardoor een geluidsgolf het trommelvlies kan bereiken. Die geluidsgolf veroorzaakt trillingen van het trommelvlies. Dat trommelvlies kan worden vergeleken met het membraan van een microfoon.

Aan het trommelvlies zit aan de achterkant het eerste gehoorbeentje: de hamer. In volgorde heten de drie gehoorbeentjes hamer, aambeeld en stijgbeugel. Deze zeer kleine beentjes danken hun naam aan de vorm die ze hebben. Ze zetten de grote uitwijking (amplitude) van het trommelvlies om in een kleinere uitwijking naar het binnenoor: een soort hefboomwerking. De gehoorbeentjes worden door spiertjes op hun plaats gehouden. Door het spannen van die spiertjes kan het doorgeven van de trillingen worden gedempt. Dat vormt een bescherming van het binnenoor als de trillingen een te grote amplitude krijgen. Dat gebeurt bij hoge geluidsniveaus. De verzwakking die optreedt door het spannen van de spiertjes is maximaal 10 tot 20dB.Achter de stijgbeugel bevindt zich het slakkenhuis (of met de Latijnse naam: cochlea). Het slakkenhuis is een met vloeistof gevulde opgerolde buis. Deze buis wordt door een vlies (het basilair membraan) in de lengterichting in twee helften verdeeld. Langs het basilair membraan bevinden zich zintuigcellen die trillingen van dit membraan frequentieafhankelijk opvangen en omzetten in elektrische spanningen in de zenuwen. Hoe verder we langs het basilair membraan naar binnen gaan, hoe groter de diameter van het slakkenhuis. Hierdoor wordt net als bij een snaar, elke plaats gevoelig voor een bepaald frequentiegebied. Zo vindt een grove filtering plaats van de trilling die via de gehoorbeentjes in het binnenoor komt.De duizenden zintuigcellen langs het basilair membraan geven de trilling door aan de gehoorzenuw. De gehoorzenuw op zijn beurt brengt de informatie via kleine elektrische spanningen door naar de hersenen die er een geluidssensatie van maken.De afgelopen jaren is veel vordering gemaakt in het onderzoek naar en bij het beschrijven van de eigenschappen van het horen, Daaruit is bijvoorbeeld gebleken dat bij gehoorbeschadiging door hoge lawaainiveaus de zintuigcellen langs het basilair membraan onherstelbaar kunnen worden beschadigd.Dankzij meer en betere medische ingrepen is in vergelijking met vroeger toen deze zich beperkten tot het trommelvlies en het middenoor iets meer correctie- en herstelwerk mogelijk.Slechthorendheid kan natuurlijk al jarenlang met ‘dedicated’, steeds verfijnder hoortoestellen worden verbeterd. Oordoppen en oorkappenUit het bovenstaande blijkt dat we gehoorbeschadiging – veroorzaakt door een (langdurig) verblijf in of direct oorcontact via een hoofd- of oortelefoon met een te hoog geluidsniveau – moeten voorkomen omdat deze kwaal niet te genezen is. Walk- en Discman gebruikers moeten dus het geluidsvolume matigen en anderen moeten van gehoorbescherming gebruik maken. Twee typen zijn in omloop: oordoppen en oorkappen.Oordoppen worden in de gehoorgang aangebracht en sluiten deze af. Het zijn meestal kunststof propjes die precies in de gehoorgang moeten passen of passend moeten worden gemaakt. Van sommige typen bestaan meerdere maten. Een andere mogelijkheid geven schuimplastic propjes (van een speciaal soort schuimplastic) die eerst worden samengedrukt, vervolgens worden ingebracht en dan langzaam uitzetten totdat de gehoorgang geheel is afgesloten. Oordoppen en oorpropjes geven een goede geluidsverzwakking. Het aanbrengen is vrij omslachtig en moet met zorg gebeuren.Het opzetten van een gehoorkap (uiterlijk lijkend op een oude hoofdtelefoon) is eenvoudiger. Zo’n oorkap bestaat uit twee kunststof schelpen die door een beugel zijn verbonden en die over beide oren wordt geplaatst. Elke schelp heeft een afdichting die ervoor zorgt dat geen lucht en dus ook geen geluid wordt doorgelaten als de kap op het hoofd is geplaatst.Een oorkap en een oordop kunnen bij hoge frequenties een geluidsverzwakking van 30 tot 40dB geven. Bij lagere frequenties (onder de 1.000Hz) neemt de verzwakking af tot 10 à 15dB voor de oorkap en 15 à 20dB voor het oordopje. Of een lawaai gehoorbeschadigend is, kunnen we alleen door meting vaststellen. We gebruiken hiervoor een geluidsdrukmeter. De geluidsdrukmeterEen geluidsdrukmeter bestaat uit een microfoon, een versterker en een aanwijsinstrument of meter. Als een geluidsgolf door de microfoon wordt doorgegeven als een elektrisch signaal, zal de sterkte van dat signaal samenhangen met de sterkte van het geluid. We kunnen dus door het elektrische signaal te meten de sterkte, ofwel het niveau van de geluidsgolf bepalen.Voor het veroorzaken van gehoorbeschadiging is niet alleen het niveau van het geluid bepalend, maar ook het frequentiespectrum. Daarom worden geluidsniveaumeters uitgerust met een hiervoor aangepast filter. Professionele meters hebben filters die elk een beperkt frequentiegebied doorlaten. Zo kunnen we het niveau van het geluid per frequentieband bepalen om meer inzicht te krijgen in de gehoorbeschadiging of in de hinder die het geluid oplevert. De meetmethode is bewerkelijk en vereist kennis van geluid en akoestiek. Daarom wordt meestal met een speciaal filter gewerkt. Dit filter wordt het ‘A’ filter genoemd. De hiermee gemeten geluidsniveaus worden opgegeven in db(A). De amplitude frequentie karakteristiek van het A-filter komt overeen met een omgekeerde isofoonlijn voor 30 à 40 foon. De lage frequenties die minder schadelijk zijn omdat het oor daar minder gevoelig voor is, worden verzwakt ten opzichte van de frequenties boven 500Hz.We kunnen dus met een getal, het dB(A) niveau, de voor het oor geldende sterkte van een geluid opgeven. Dat getal is een maat voor de gehoorbeschadiging die een geluid kan veroorzaken. Geluidsniveaus waarbij gehoorbeschadiging kan optredenWanneer we ons gehoor blootstellen aan een te hoog lawaainiveau treedt gehoorbeschadiging niet ogenblikkelijk op. Het hangt van het soort, de hoogte en de periode van het lawaainiveau af wat er precies gebeurt. Het is daarom niet zonder meer te bepalen welk lawaainiveau beschadigend is.Bovendien is die bepaling heel individueel. Een geluid dat voor de een gehoorbeschadigend lijkt (heavy metaal muziek in een disco), hoeft dat voor een ander absoluut niet te zijn. Er is veel onderzoek uitgevoerd om te achterhalen welke geluidsniveaus te hoog zijn en welke frequentiegebieden eerder worden beschadigd. Men heeft dit gedaan door bij grote groepen proefpersonen te meten of het gehoor was beschadigd en zo ja, na te gaan bij welk geluidsniveau en hoe lang de bewuste proefpersoon aan dat geluid was blootgesteld.Vroeger werd meestal vastgesteld dat gehoorbeschadiging werd aangetroffen bij mensen die jarenlang in een lawaaierige fabriek hadden gewerkt. Dergelijke situaties komen nu niet meer voor omdat de ARBO wetten daar een stokje voor hebben gestoken. De afgelopen decennia is er daarentegen een steeds groeiende groep jongeren die gehoorbeschadiging heeft opgedaan (en helaas nog opdoet) door te luid naar Walk/Discmans te luisteren en door bezoek aan disco’s, dance festivals, popconcerten en dergelijke.Uit genoemd onderzoek is gebleken dat al bij een niveau van 82dB(A) een kleine kans op gehoorbeschadiging bestaat. Die kans is er wanneer men veertig uur per week in dat niveau moet vertoeven. Daarom is 82dB(A) gekozen als wettelijke grens om zonder gehoorbeschermende middelen te mogen werken bij een werktijd van 40 uur per week. Met de korter geworden werkweek kan die norm zijn bijgesteld, maar zover bekend gelden deze voorschriften niet voor de vermaakwereld.Als men korter dan veertig uur in het lawaai verblijft, mag het maximaal toelaatbare niveau hoger zijn. Dat is samengevat in de tabel van Maximaal geluidsniveau met verblijfduur per dag met geringe kans op blijvende gehoorbeschadiging Geluidsniveau (continu)         maximale verblijfsduur80 dB(A)                                 8 uur per dag83 dB(A)                                 4 uur per dag86dB(A)                                  2 uur per dag89dB(A)                                  1 uur per dag92dB(A)                                  30 minuten per dag95dB(A)                                  15 minuten per dag98dB(A)                                  liever niet zonder gehoorbeschermer De in deze tabel gegeven waarden gelden voor geluiden die continu aanwezig zijn, dus niet voor bijvoorbeeld knallen zoals bij schieten of heien. Daarvoor gelden veel ingewikkelder maten. De tabel is slechts een richtlijn en biedt geen garantie dat geen gehoorbeschadiging optreedt indien iemand aan lagere geluidsniveaus wordt blootgesteld. De pijngrens ligt bij 120dB.Vóór het optreden van gehoorbeschadiging geeft het oor vaak zelf een waarschuwing. Als men namelijk aan een zeer hoog lawaainiveau is blootgesteld, kan na afloop oorsuizen optreden. In eerste instantie is men vaak wat dovig onder invloed van de gehoordempers in het middenoor. Bij voortdurende, hogere belasting gaan subjectief waargenomen, maar niet objectief aanwezige fluittonen optreden tengevolge van in het oor optredende vervormingen In dat geval is het raadzaam die Walk/Discman uit te schakelen, gehoorbescherming te gaan dragen of de plaats des onheils snel te verlaten. Anders kunnen die fluittonen een tot gek wordens permanent karakter krijgen waaraan alleen door een radicale operatieve ingreep een einde is te maken.        Jan de Kruijff