PÄRT: TABULA RASA
Het lot om als goeroe, als hype te worden gekatapulteerd heeft Arvo Pärt, de componist uit Estland met zijn martelaren uiterlijk moeten dulden. Zijn muziek bracht al snel velen in zijn ban, vaak zonder precies te weten waarom. Een kwestie van new age? Mogelijk uit een onbestemd collectief verlangen om “in de muziek van een seconde te verzinken, die vast te houden om er als in de eeuwigheid in voort te leven”. Die behoefte uit althans de componist zelf. Zijn rond het fenomeen van de verdwenen stilte en de stilstand cirkelende muziek fungeert daarbij blijkbaar als handvat voor zelfhulp. Bovendien is er sprake van iets wat allang in onbruik is geraakt in de muziek: van meditatie en deemoedigheid. Een groot deel van zijn muziek ontstond onder sterk religieuze inspiratie en als reactie op de Sovjet onderdrukking.
Daarnaast behoort Pärt tot de groep minimalisten, aangevoerd door Amerikanen als Reich, Adams en Glass. Meer specifiek als tintinnabulist (strevend naar de klank van klokken). Hij kan ook als voorloper worden gezien van Tavener met zijn ‘geheiligd minimalisme’.
Wie nader met deze wereld vertrouwd wil raken, kan met name bij het cd label ECM terecht. Te beginnen bijvoorbaald met Tabula rasa, Fratres en de Cantus in memory of Benjamin Britten met o.a. Gidon Kremer (ECM 817.764-2), vervolgens wat vocale werken als Miserere, Festina lente en Sarah was ninety years old met o.m. het Hilliard ensemble (ECM 847.539-2) of Arbos, Pari intervallo, An den Wassern zu Babel, De profundis, Es sang vor langen Jahren, Summa en Stabat mater (ECM 731.959-2) en de Johannes passie ook onder Hillier (ECM 837.109-2).