PROKOFIEV: DE 2 VIOOLCONCERTEN
Hoe meer fantasie wordt tentoongespreid en hoe gedifferentieerder de aanpak van dit tweetal binnen een tijdsbestek van drie jaar ontstane werken, des te beter. Het gaat in beide werken vooral om gevoel voor ironie, maar ook om dromerigheid, om het contrast tussen het lyrische en het diabolische, om sprookjessfeer én om drama. Gelukkig dat beide werken zo vaak samen op een cd verschenen.
Tot de goede oude bekenden behoort om te beginnen Kyung-Wha Chung die deze werken in 1975 opnam (Decca 425.003-2) en nog steeds meetelt. Een jaar of tien later verblufte Shlomo Mintz met een nog geschakeerder stel interpretaties (DG 410.524-2, 439.413-2) en een subtieler begeleiding door Abbado. Andere vooraanstaande kandidaten zijn nog de romantisch-virtuoze Heifetz-achtige Itzhak Perlman (EMI 747.025-2), de fijnzinnige Cho-Liang Lin met een opgelegd lyrisch-warme visie, doorsneden met dramatische accenten (Sony 53969), Dimitri Sitkovetzky (Virgin 561.633-2) die vooral in het dramatische 1e concert frappeert, de heel persoonlijke Lydia Mordkovitch (Chandos CHAN 8709) en de wat koelere Joshua Bell (Decca 440.331-2) en Gil Shaham (DG 447.758-2).
Dat alles gold totdat de versie van Leila Josefowicz verscheen. Zij schijnt bladzijde na bladzijde van deze werken te herontdekken.Natuurlijk zijn er ook andere koppelingen. Dan komen vooral in aanmerking Maxim Vengerov (1e concert met Shostakovitch 1 op Teldec 4509-92256-2, 2e concert met Shostakovitch no. 2 op Teldec 0630-13150-2), Anne-Sophie Mutter (met Glazoenov op Erato 0630-17722-2) en Julian Rachlin (met Tschaikovsky op Sony 66567). En voor het 2e concert Heifetz (met Sibelius op RCA 09026-61744-2) en Perlman (met Stravinsky op Teldec 4509-98255-2).
De uiteindelijke voorkeur gaat uit naar de gedurfde Josefowicz en de traditioneler Lin en Shaham.