GERSHWIN: PORGY AND BESS
De slums van Harleston vormen de coulissen van dit werk Gershwins negeropera laat de Blues en de Spirituals nu een bij uitzondering salonfähigschijnen. Het gaat bij dit werk nog steeds om de belangrijkste Amerikaanse bijdrage aan het Europese genre van het muziektheater. Bernsteins West Side Story veranderde daar niets aan.
De ongeveer tezelfdertijd in 1975/1976 ontstane twee opnamen van DeMain (RCA RD 82109) en Maazel (Decca 414.559-2) volgen verschillende esthetische uitgangspunten. Bij DeMain ligt het accent op het ongekunstelde Soul idioom, terwijl Maazel in zekere mate een serieus gecultiveerde oplossing aanbiedt met uitstekende stemmen bij de solisten. Dan is daar Rattle (EMI 749.568-2, 556.220-2) die het werk in 1986 als een soort geslaagde tussenoplossing van de ‘Catfish Row’ perikelen met groot succes en een ideale theater atmosfeer in Glyndebourne liet horen. Willard White (Porgy) en Cunthia Haymon (Bess) zijn zowel bij Maazel en Rattle de uitstekende hoofdrolvertolkers: ze zijn zo precies juist. Alle facetten vallen bij Rattle precies op hun plaats, het drama smeult echt in de kernscènes en het geheel maakt een volmaakt geïntegreerde indruk.