GLINKA: RUSLAN EN LYUDMILA
In een sprookjesachtige kledij die niet alleen Wagnerkenners mild doet glimlachen, wordt in deze opera verteld van een held die zich als zodanig moet bewijzen voordat hij zijn bruid echt tot de zijne kan maken. Glinka liet zich door de door Poesjkin verzonnen episodeachtige kinderprenten animeren om hier een pionierdaad te verrichten. Het komt er in deze opera op neer dat Lyudmila ontsnapt tijdens een feest dat haar vader geeft voor haar drie huwelijkskandidaten. Haar vader belooft haar hand aan degene die haar het eerste vindt. De nobele ridder Ruslan ervaart dat ze is ontvoerd door een boze dwerg en neemt vervolgens de strijd op tegen een gigantisch onthoofde kop om een magisch zwaard te krijgen waarmee hij de dwerg kan verslaan en Lyudmila bevrijden. Het verhaal mag dan in dramatisch opzicht nogal zwak zijn, de muziek is dat allerminst. Er is sprake van een grote stilistische samenhang, een rijke melodische inventie en heel idiomatische Russische harmonieën.
De magische geschiedenis kan worden beschouwd als een voorloper op de fantastische en groteske elementen die Rimsky-Korsakov en Stravinsky in hun theaterwerken bijeenbrachten. Glinka werd bovendien mede door dit werk en de daaraan voorafgegane opera Ivan Susanin of Een leven voor de tsaar de vader van de 19e eeuwse Russische muziek waarmee hij zich losmaakte van Westerse invloeden.
Dat tegenwoordig vooral (en haast alleen) de ouverture die tot de snelste en ontvlammendste ooit behoort nog regelmatig ten gehore wordt gebracht, hoeft niet te betekenen dat de rest van het werk in vergetelheid moet raken. In 1978 hield Juri Simonov met het Ensemble van het Bolshoi theater al een warm pleidooi voor het werk (RCA GD 69124 of Melodya 74321-29348-2). Aan temperament ontbrak het niet, aan een stijlvolle aanpak evenmin. Uitblinkers waren Jevgeny Nesterenko als Ruslan en Béla Rudenko als Lyudmila in een verder homogene bezetting.
Nog intenser, nog feller, nog mooier en beter in vrijwel alle opzichten is de ‘live’ opname die in 1995 werd gemaakt in het Sint Petersburgse Kirov theater met Valery Gergiev (Philips 446.746-2). Enigszins storend zijn alleen de nogal duidelijk waarneembare toneelgeluiden, maar dat ik een geringe prijs die voor zo’n geweldige uitvoering moet worden betaald. Hier namelijk geen zweem van routine, maar pure brille en ook veel meer verfijning en fraaiere details dan in de eerdere opname. Alle lof ook voor de bezetting met de imposante basbariton Vladimir Ognovienko als Ruslan, Anna Netrebko als ideale Lyudmila, de rijke bas van Gennadi Bezzubenkov als Farlaf, de heldere tenor van Joeri Marusin als Bayan, en de niet minder overtuigende Galina Gorchakova als Gorislava, een travestierol en Larissa Diadkova als Ratmir. Een moeilijk te overtreffen resultaat. Nog beter is het deze opvoering in video (dvd-v) te ondergaan. Die favoriete Kirov opvoering is er ook als tot nu toe enige videoversie op dvd-v (Philips 075-096-9).
De in 2003 opnieuw in het Bolshoi theater ontstane opname onder Alexander Vedernikov (Pentatone 5168.034) kan daar in geen enkel opzicht aan tippen, tenzij men het werk – tegen beter weten in – absoluut in meerkanaals vorm wil ondergaan.