Mini Vergelijkingen

CHOPIN: DE 14 WALSEN

CHOPIN: DE 14 WALSEN
 



De walsrage begon aan het eind van de 18e eeuw en bereikte tijdens Chopins leven een hoogtepunt. Hoewel hij zelf al op zijn zestiende begon om in deze vorm te schrijven, liet een bezoek aan Wenen in 1830 waar de walsen van Lanner en Johann Strauss sr. al en vogue waren hem vrijwel onberoerd. Meer indruk maakte Webers Aufforderung zum Tanz, een briljant en gedistingeerd showstuk dat na zijn eerste uitvoering in 1819 veel succes had geoogst. Chopins walsen vormen een even persoonlijke reactie op deze dansvorm en een verbeeldingsvolle evocatie van de uitgelatenheid en de overgave die in een balzaal heersen, soms vermengd met wat melancholie.



Het toverwoord bij de vertolking van Chopins walsen is rubato, de kunst om minimaal en stijlvol af te wijken van het basistempo naarmate de muziek daarom vraagt. Chopin calculeerde een sensibel rubato spel in en wie daar geen gevolg aan geeft, schiet tekort. Dit Vraagt om persoonlijke oplossingen. Legendarisch was het rubato spel van de jong gestorven Dinu Lipatti (14 walsen op EMI 566.904-2 uit 1950, 13 walsen tijdens zijn laatste recital in Besançon later in 1950 op EMI 562.819-2). Hier overtrof de pianist zichzelf en eigenlijk nog steeds kan zijn voordracht als exemplarisch gelden. Wals na wals krijgt een eigen karakter vol subtiliteit en intimiteit. Wie bang is voor het beperkende monogeluid moet zich daar maar overheen zetten. Een andere grand seigneur in dit repertoire was natuurlijk Artur Rubinstein (RCA 09026-63047-2) die een reeks van veertien individueel geslepen en gepolijste diamanten afleverde begin jaren zestig vorige eeuw.



Wat bij Lipatti ontbreekt, zijn de postume walsen, het totaal in feite niet op 19 zoals gewoonlijk, maar op 22 brengend; de doorgaans voor compleet doorgaande reeks van 19 is heel mooi beschikbaar van Vladimir Ashkenazy (Decca 414.600-2).