Ferd Op de Coul
Onderzoekers beweren dat wij met ons “Wilhelmus” in het kostbare bezit zijn van ’s werelds oudste volkslied. “Volkslied” in de betekenis dan van “Nationale hymne” natuurlijk, want de echte volksliederen, spontaan ontstaan, hoewel meestentijds op een of andere manier gecomponeerd, hebben, ook in Nederland, al veel eerder het levenslicht aanschouwd. Vóór destijds in de 16e eeuw, Marnix van St.Aldegonde de tekst van het Wilhelmus had opgeschreven op een koraalachtige melodie die oorspronkelijk van Franse herkomst schijnt te zijn, hebben mediavisten noch musicologen kennelijk nergens anders ter wereld een dergelijke nationale hymne kunnen bespeuren. Niet alleen omdat we hier in Nederland dus op die volksliedprimeur best een beetje trots mogen zijn, is het dan ook niet meer dan billijk en heilzaam dat zowel de tekst als de muziek in hun oorspronkelijke staat behouden moeten blijven.
Het Wilhelmus behoort tot ons nationale erfgoed, is een onaantastbaar cultuurbezit en daar moet je van afblijven, of je nu vervuld bent vanOranjebloed, de VOC mentaliteit of wellicht geneigd naar behoorlijk links republikeinse sympathieën. Dat de tekst, met dat “Duitse bloed” of die veronderstelde getrouwheid aan de Spaanse koning, niet meer aan de eisen van onze moderne tijd voldoet, doet niet terzake. Die tekst – en trouwens ook de muziek – is historisch gedocumenteerd en aan ons overgeleverd, dus het gaat niet aan om de woorden te actualiseren of aan te passen, in de zin dat het “beter bekt” of beter te begrijpen voor het Oranjeteam dat het Wilhelmus verondersteld wordt mee te zingen als ouverture van n’importe wat voor soort kampioenswedstrijd dan ook..
Het is derhalve een volstrekt ontoelaatbare en zinloze daad om het Wilhelmus van een nieuwe tekst te voorzien. Toch is dat gebeurd en wel door de liedjeszangerrijmelaar Jan Rot, die zich al eerder onsterfelijk blameerde met nieuwe tekst op liederen van Schubert en – gotspe – op de Matthäus Passion van J.S. Bach. Wie of wat deze Rot bezielt, is mij een raadsel. Wie of wat hem ertoe mag hebben bewogen, die teksten van klassieke muzikale meesterwerken en nu het Wilhelmus, te “hertalen”, zoals het eufemistisch wordt genoemd, mag Joost weten, waarschijnlijk zijn het beweegredenen die enige inkomstenverhoging voor de heer Rot genereren, anders kan ik het niet verklaren, want werkelijk inspirerende motieven zijn in die teksten niet te ontdekken. Ik vind het dan ook beschamend dat ook dit voorjaar die “hertaalde Mattheus Passie” opnieuw onder leiding van Jos Vermunt wordt uitgevoerd.
En dat Wilhelmus in die nieuwe versie? Oordeelt u zelf; ik beperk mij tot het eerste couplet: “Wilhelmus van Nassauwe
Zing ik uit volle borst,
Ons volkslied vol vertrouwen,
Op Vaderland en Vorst.Want kleurt ons land Oranje,
Dan staat mijn hart in brand. In rouw of bij champagne,
Dit is mijn Nederland..”
Onversneden rijmelarij van de koude grond, waar ik, achteraf beschouwd, eigenlijk al te veel woorden aan heb vuil gemaakt.