DONIZETTI: LUCIA DI LAMMERMOOR
De bekendste en beroemdste waanzinaria bevindt zich in deze opera van Gaetano Donizetti uit 1835: Lucia verliest haar verstand wanneer ze tot een huwelijk met een haar onbekende man wordt gedwongen. Als haar werkelijke geliefde daar na lange tijd van hoort, brengt ook hij zich – uiteraard- om.
Achtergronden
Sir Walter Scott’s The bride of Lammermoor bood Donizetti een perfect vehikel voor een intens emotionele opera. In wezen gaat het om een eeuwenoude vete tussen de Schotse families Lammermoor en Ravenswood en de liefde van Lucia en Edgardo. Lucia is de zuster van het hoofd van de Lammermoor clan, Edgardo het hoofd van de Ravenswoods.
Lucia sterft nadat ze haar opgedrongen man toekomstige man heeft gedood en nadat hij haar lijkkist heeft zien wegdragen, slaat ook de wanhopige Edgardo de hand aan zichzelf.
Cammarano bezorgde Donizetti een goed libretto dat de componist mooi uitwerkte in een reeks prachtige melodieën – tegelijk fris en sentimenteel van aard – en wat de hoofdrolvertolkster betreft voorzien van schier eindeloze coloraturen.
Geen wonder dat we hier met een van de succesvolste opera’s aller tijden te maken hebben. Sinds de jaren 1950 toen bel canto weer en vogue werd is het werk niet meer uit het repertoire weg te denken.
Gedurende de eerste helft van de twintigste eeuw was Lucia voorbehouden aan ware coloratuursopranen, maar Maria Callas zorgde dat ook spinto zangeressen meer en meer toegang vonden tot deze opera. Zeker wanneer ze over een techniek beschikten die de zwieriger aspecten van de rol aankonden.
Nog lang nadat de Europese romantiek tot twintigste eeuwse angst was verdampt, bleef Lucia een bijzondere plaats in de harten van het operapubliek innemen. Dat was vooral omdat de vocale partijen zo goed zijn. Eigenlijk niet zozeer het sextet maar wel naast de waanzinscène juist ook andere aria’s zoals Lucia’s ‘Regnava nel silenzio’ en Edgardo’s laatste woorden voordat hij zichzelf in de borst steekt: ‘Tu che a Dio spiegasti l’ali’.
Als schoolvoorbeeld van de romantische Italiaanse opera is Lucia natuurlijk vooral beroemd vanwege de waanzinscène uit de derde akte ‘Spargi d’amaro pianto’, maar het werk bevat zeker ook een aantal prachtige tenoraria’s; in feite kregen de mannenrollen van Edgardo en Enrico de eerste tijd meer aandacht dan die van Lucia.
De opnamen
Tenzij u het gegeven grondig wilt uitzoeken, moet u zich niet laten imponeren door de wederom vele opnamen. De historische zijn van beperkt belang, de vele radio- en theateropnamen matig tot onvoldoende kwaliteit. Kortom, er is veel ruis op de lijn die beter meteen kan worden uitgefilterd. Wat dan resteert, is ook vrij makkelijk te overzien en te beoordelen
De cascadeschakeling van moeilijkheden in de partij van Lucia di Lammermoor stelt bijzonder zware eisen aan de hoofdrolvertolkers. Maar weinige zangeressen blijken dan ver boven de middelmaat uit te stijgen.
In haar vele opnamen bracht Maria Callas veel passie en directheid mee. Haar emotionele uitbeelding van Lucia’s mentale ineenstorting bezit zo’n intensiteit dat je haast vergeet dat ze zingt. Vrijwel steeds was Giuseppe di Stefano haar zeer geschikte partner. Evenzo waren Karajan en Serafin een paar keer hun ideale begeleider. Van de drie officiële Callas opnamen zijn die met Serafin (1953) en Karajan/Berlijn het meest representatief. De chemie van zangeres en dirigent kwam optimaal tot gelding met de mooiste resultaten. In haar latere opnamen was ze de volledige controle over haar stem teveel kwijt.
Ook Joan Sutherland was een Donizetti specialiste die prachtige coloraturen kon voortbrengen, over een ideale stem beschikte maar alleen niet al te goed verstaanbaar Italiaans zong. Het was deze rol die haar wereldberoemd maakte. Van haar vele opnamen is die met Luciano Pavarotti ondanks wat houterigheid (1971) het fijnst al was de meisjesachtigheid van haar eerdere opnamen verdwenen. Daar wist ze de medeklinkers weer te vinden en boorde ze en nieuwe laag in Lucia’s personage aan: op haar fragiele greep op de werkelijkheid. En dat alles in de oorspronkelijke toonaard.
Maar ook Anna Moffo en Carlo Bergonzi vormden een ideaal paar. Bergonzi had misschien niet het stralende hoog van een jonge Pavarotti, maar hij wist mooier te fraseren. Prêtre zorgde voor verdere opwinding.
En dan was daar Beverly Sills met haar warme persoonlijkheid, die ook enige keren opduikt. Van haar diverse opnamen is die met Luciano Pavarotti en Thomas Schippers de aantrekkelijkste.
Van Edita Gruberova, van nature een voor dit voorbestemde nachtegaal, bestaan ook enige opnamen (de laatste zelfs nog uit 2004) die zeer de moeite waard zijn. Met Alfredo Kraus zorgde ze voor ware schittering en is ze op haar best te horen.
Verder is daar de kleinschaliger productie met Andrea Rost en Anthony Michaels-Moore die voor een keer zeker de aandacht waard is.
In een voor de Italiaanse opera wat merkwaardig Frans/Russisch milieu speelt zich de opname van Valery Gergiev af. Natalie Dessay heeft zich intussen het origineel eigen gemaakt en schittert ook daarin. Piotr Beczala in gelukkig een bovengemiddeld goede Edgardo, maar het is natuurlijk weer Valery Gergiev die het vuurtje opstookt. Lang niet gek, zij het niet ‘definitief’.
In 1839 verzorgde Donizetti voor de Parijse Opéra een Franse versie op libretto van Royer en Vaez. Het bevat wat wijzigingen ten opzichte van het origineel, maar is interessant genoeg om er kennis mee te maken. Momenteel is er niemand geschikter daarvoor dan de jeugdig en gekweld klinkende Natalie Dessay die in Roberto Alagna een uitstekende gezel vond.
De Duits- en Engelstalige vormen kunnen we beter links laten liggen.
Bij de dvd opnamen is het niet de nieuwste met een sterbezetting van Anna Netrebko en Piotr Beczala die diepe indruk nalaat; daarvoor klinkt en oogt het allemaal te routineus, te tam, maar zijn het eerder de oude versies van Renata Scotto/Carlo Bergonzi, Anna Moffo/Lajos Kozma en Joan Sutherland/Alfredo Kraus die blijvend nagenieten veroorzaken. Voeg daarbij de Franse kant, belicht door Patrizia Ciofi en Roberto Alagna.
Conclusie
Het meest beklijven in hun totaliteit nog steeds de opnamen van Callas (met Karajan Berlijn) en Sutherland (1971), maar beluister zeker ook Scotto, Sills en Dessay (Italiaans en Frans)
Discografie
1933. Mercedes Capsir, Enzo de Muro Lomanto, Enrico Molinari e.a. met he Ensemble van La Scala Millaan o.l.v. Lorenzo Molajoli. Myto 2 MCD 942.99 (2 cd’s).
1939. Lina Pagliugi, Giovanni Malipiero, Giuseppe Manacchini e.a. met koor en orkest van de Italiaanse omroep o.l.v. Ugo Tansini. Membran 221312-303, Warner 8573-87492-2, Naxos 8.110150/1 (2 cd’s).
1942. Lina Pagliughi, Giovanni Malipiero, Giuseppe Manacchini e.a. met het Ensemble van de Omroep Turijn o.l.v. Ugo Tansini. Arkadia 78021 (2 cd’s).
1944. Lily Pons, James Melton, Leonard Warren e.a. met het Ensemble van de Metropolitan Opera New York o.l.v. Cesare Sodero. Arkadia GA 2024 (2 cd’s).
1949. Lily Pons, Frank Valentino, Ferruccio Tagliavini e.a. met het Ensemble van de Metropolitan Opera New York o.l.v. Pietro Cimara. Myto 2CD 00226 (2 cd’s).
1952. Maria Callas, Giuseppe di Stefano. Piero Campolonghi e.a. met het Ensemble van het Palacio de las Bellas Artes Mexico City o.l.v. Guido Picco. Opera d’oro OPD 1225 (2 cd’s).
1953. Maria Callas, Giuseppe di Stefano, Tito Gobbi e.a. met koor en orkest van de Maggio musicale Fiorentino o.l.v. Tullio Serafin. EMI 769.980, 763.631-2, Naxos 8.110131/2 (2 cd’s).
1953. Dolores Wilson, Hianni Poggi, Anselmo Colzani e.a. het het Ensemble van La Scala Milaan o.l.v. Franco Capuana. Preiser 20032 (2 cd’s).
1955. Maria Callas, Giuseppe di Stefano, Rolando Panerai e.a. met het Ensemble van La Scala Milaan o.l.v. Herbert von Karajan. EMI 763.631-2 (2 cd’s).
1955. Maria Callas, Giuseppe di Stefano, Rolando Panerai e.a. met het RIAS symfonie orkest Berlijn en het koor van La Scala Milaan o.l.v. Herbert von Karajan. Rodolphe RPA 232518, Harmonia Mundi HM 31, Alto ALC 2006, Opera d’oro OPD 7035, OPD 1447, Verona 2709/10 (1 c.q 2 cd’s).
1957. Maria Callas, Eugenio Fernandi, Rolando Panerai e.a. met het Ensemble van de Romeins omroep o.l.v. Tullio Serafin. Melodram MEL CD 26014 (2 cd’s).
1957. Leyla Gencer, Giacinto Prandelli, Nino Carta e.a. met het Ensemble van het Teatro comulale G. Verdi Triëst o.l.v. Oliviero de Fabritiis. Bongiovanni GB 1198/9-2 (2 cd’s).
1959. Joan Sutherland, Joao Gibin, John Shaw e.a. met het Ensemble van Covent Garden Londen o.l.v. Tullio Serafin. Melodram GM 5.0024, Royal Opera House ROHS 002 (2 cd’s).
1959. Renata Scotto, Giuseppe di Stefano, Ettore Bastianini e.a. met het Ensemble van La Scala Milaan o.l.v. Nino Sanzogno. Ricordi 94007 (2 cd’s).
1959. Maria Callas, Ferruccio Tagliavini, Piero Cappuccilli e.a. met het Philharmonia orkest en –koor o.l.v. Tullio Serafin. EMI 747.440-8 (2 cd’s).
1961. Joan Sutherland, Richard Tucker, Frank Guarrera e.a. met het Ensemble van de Metropolitan Opera New York o.l.v. Silvio Varviso. Myto 2 MCD 944110 (2 cd’s).
1961. Joan Sutherland, Richard Tucker, Mario Zanasi e.a. met het Ensemble van de Chicago Lyric Opera o.l.v. Antonino Votto. Andromeda ANDRCD 9081 (2 cd’s).
1961. Joan Sutherland, Renato Cioni, Robert Merrill e.a. met Koor en orkest van de Accademia di Santa Cecilia o.l.v. John Pritchard. Decca 411.622-2, 467.688-2 (2 cd’s).
1964. Joan Sutherland, Sándor Kónya, Nicolae Herlea e.a. met het Ensemble van de Metropolitan Opera New York o.l.v. Silvio Varviso. Gala GL 100.614 (3 cd’s).
1965. Anna Moffo, Carlo Bergonzi, Mario Sereni e.a. met koor en orkest van de Italiaanse omroep o.l.v. Georges Prêtre. RCA GD 86504 (2 cd’s).
1967. Renata Scotto, Luciano Pavarotti, Piero Cappuccilli e.a. met het Ensemble van de Omroep Turijn o.l.v. Francesco Molinari-Pradelli. Verona 27083/4, Auvidis AMG HUNTCD 540 (2 cd’s).
1967. Renata Scotto, Gianni Raimondi, Giangiacomo Guelfi e.a. met het Ensemble van La Scala Milaan o.l.v. Claudio Abbado. Nuova Era 013.6320/1 (2 cd’s).
1970. Cristina Deutekom, Domenico Trimarchi, Luciano Pavarotti e.a. het het Ensemble van het San Carlo theater Napels o.l.v. Carlo Franci. BM Butterfly MBMC (2 cd’s).
1970. Beverly Sills, Carlo Bergonzi, Piero Cappuccilli, Justino Diaz e.a. met het Ambrosian Operakoor en het Londens symfonie orkest o.l.v. Thomas Schippers. Westminster 471.250-2 (2 cd’s).
1970. Beverly Sills, Alfredo Kraus, Vicente Sardinero e.a. met het Ensemble van de Chicago opera o.l.v. Anton Guadagno. GD Stefano GDS 21040 (2 cd’s).
1971. Joan Sutherland, Luciano Pavarotti, Sherrill Milnes e.a. met koor en orkest van Covent Garden o.l.v. Richard Bonynge. Decca 410.193-2, 478.1513 (3 cd’s).
1972. Beverly Sills, Alfredo Kraus, Gian Piero Mastromei e.a. met het Ensemble van het Teatro Colon Buenos Aires o.l.v. Juan Emilio Martini. Arkadia CDMP 474-2 (2 cd’s).
1972. Beverly Sills, Luciano Pavarotti, Raymond Wolansky e.a. met het Ensemble van de San Francisco Opera o.l.v. Jesús López-Cobos. Golden Melodram GM 5.0072 (2 cd’s).
1975. Cristina Deutekom, José Carreras, Giulio Fioravanti e.a. met koor en orkest o.l.v. Armando Gatto. Legato SRO 8092 (2 cd’s).
1976. Cristina Deutekom, Luciano Pavarotti, Renato Bruson e.a. met het Ensemble van de Arena Verona o.l.v. Oliviero de Fabritiis. Gala GL 100.532 (2 cd’s).
1976. Montserrat Caballé, José Carreras, Claes-Hakan Ahnsjö e.a. met het Ambrosian Operakoor en het Philharmonia orkest o.l.v. Jesús López-Cobos. Philips 426.563-2 (2 cd’s).
1976. Edita Gruberova, Peter Dvorsky, Matteo Manuguerra e.a. met het Ensemble van de Weense Staatsopera o.l.v. Giuseppe Patané. Myto 2 MCD 002.217 (2 cd’s).
1983. Edita Gruberova, Alfredo Kraus, Renato Bruson e.a. met het Ambrosian operakoor en het Royal philharmonic orkest o.l.v. Nicola Rescigno. EMI 764.622-2 (2 cd’s).
1986. Joan Sutherland, Malcolm Donnely, Richard Greager e.a. met het Australisch Operakoor en het Elizabethan orkest Sydney o.l.v. Richard Bonynge. Opera Australia OPOZ 56005 CD (2 cd’s).
1987. Sivia Voinea, Florin Georgescu, Nicolae Herlea e.a. met het Ensemble van de Nationale Opera Boekarest o.l.v. Constantin Petrovici. Carlton 30367.00557 (2 cd’s).
1990. Cheryl Studer, Juan Pons, Plácido Domingo e.a. met het Ambrosian operakoor en het Londens symfonie orkest o.l.v. Ion Marin. DG 435.309-2 (2 cd’s).
1991. Edita Gruberova, Neil Shicoff, Alexandre Agache e.a. met de Ambrosian Singers en het Londens symfonie orkest o.l.v. Richard Bonynge. Teldec 9031-72306-2 (2 cd’s).
1997. Andrea Rost, Anthony Michaels-Moore, Bruce Ford e.a. met de London Voices en de Hanover Band o.l.v. Charles Mackerras. Sony S2K 63174 (2 cd’s).
1997. Patrizia Ciofi, Alexandru Badea, Nicolas Rivenq e.a. met het Bratsislava Kamerkoor en het Internationaal orkest Italië o.l.v. Maurizio Benini. Dynamic CDS 204/1-2 (2 cd’s).
2004. Edita Gruberova, Georg Tichy, José Bros e.a. met het Rastatt vocaal ensemble en het SWR Omroeporkest o.l.v. Friedrich Haider. Nightingale NCD 40214-2 (2 cd’s).
2004. Marielle Devia, Vladimir Stoyanov, Giuseppe Sabbatini e.a. met het Ensemble van het Teatro Lirico di Cagliari o.l.v. Gérard Korsten. Dynamic CDS 571/1-2 (2 cd’s).
2006. Désirée Rancatore, Roberto de Biasio, Luca Grassi e.a. met het Ensemble van het Bergamo festival o.l.v. Antonio Fogliani. Naxos 8.660255/6 (2 cd’s).
2010. Natalie Dessay, Piotr Beczala, Vladislav Sulimsky e.a. met het Ensemble van het Mariinsky theater St. Petersburg o.l.v. Valery Gergiev. Mariinsky MAR 0512 (2 cd’s).
In het Frans
2002. Natalie Dessay, Roberto Alagna, Ludovic Tézier e.a. met het Ensemble van de Opéra Lyon o.l.v. Evelino Pidò. Virgin 545.528-2 (2 cd’s).
In het Duits
1953. Maria Stader, Ernst Häfliger, Dietrich Fischer-Dieskau e.a. met het RIAS Symfonie orkest en –koor Berlijn o.l.v. Ferenc Fricsay. Myto 2 CD 033.H078 (2 cd’s).
In het Engels
2001. Elizabeth Futral, Alan Opie, Peter Wold e.a. met het Geoffrey Mitchell koor en het Philharmonia orkest o.l.v. David Parry. Chandos CHAN 3083 (2 cd’s).
Video
1967. Renata Scotto, Carlo Bergonzi, Mario Zanassi met het NHK Tokio symfonie orkest en –koor o.l.v. Bruno Bartoletti. VAI 4418 (dvd).
1971. Anna Moffo, Lajos Kozma, Giulio Fioravanti e.a. het het Omroepkoor Rome en het Romeins symfonie orkest o.l.v. Carlo Felice Cillario. VAI 4211 (dvd).
1982. Joan Sutherland, Alfredo Kraus, Pablo Elvira e.a. met koor en orkest van de Metropolitan Opera New York o.l.v. Richard Bonynge. DG 073-410-9 (dvd).
1986. Joan Sutherland, Richard Greager, Malcolm Donnelly e.a. met het Australisch Operakoor en het Elizabethan orkest Sydney o.l.v. Richard Bonynge. ArtHaus 100.242 (dvd).
1986. Luciana Serra, Alfredo Kraus, Giorgio Zancanaro e.a. met het Ensemble van het Teatro Regio di Parma o.l.v. Angelo Campori. Hardy HCD 4020 (dvd).
1992. Marielle Devia, Vincenzo la Scola, Renato Bruson e.a. met het Ensemble van La Scala Milaan o.l.v. Stefano Ranzani. Opus Arte OA LS 3003D, Brilliant 93052 (dvd).
2003. Stefania Bonfadelli, Roberto Frontali,Marcello Alvarez met het Ensemble van het Teatro Carlo Felice o.l.v. Patrick Fournillier. TDK DV-OPLDIL (dvd).
2006. Désirée Rancatore, Roberto di Blasio, Luca Grassi e.a. met het Ensemble van het Teatro Donizetti Bergamo o.l.v. Antonino Fogliani. Dynamic 33535 (dvd).
2009. Anna Netrebko, Piotr Beczala, Mariusz Kwiecien e.a. met het Ensemble van de Metropolitan Opera New York o.l.v. Marco Armilato. DG 073-425-6 (dvd).
In het Frans
2002. Patrizia Ciofi, Roberto Alagna, Ludovic Tézier met het Ensemble van de Opéra Lyon o.l.v. Evelino Pidò. TDK DV-OPLDL (dvd).