Jeune, Le, Goudimel: Psalm 134 ‘Or sus serviteurs du Seigneur’; Psalm 23 ‘Mon Dieu me paist sous sa puissance haute’; Le Jeune: Dodecacorde; Psalm 23 ‘Mon Dieu me pais’; Anon.: Psalm 45 ‘Propos exquis’ ; Le Jeune: Dodecacorde; Psalm 45 Propos exquis; Goudimel: Psalm 76 ‘C’est un jurée’; Le Jeune: Dodecacorde; Psalm 76 ‘C’est un judée’; Goudimel: Psalm 46 ‘Dés qu’adversité’’ Le Jeune: Dodecacorde; Psalm 46 ‘Dés qu’adversité’; Goudimel, Le Jeune: Le cantique de Siméon. St. Catherine’s College koor o.l.v. Edward Wickham. Resonus RES 10206 (58’26”). 2017

De bekwame Franse componist Claude le Jeune (ca. 1528-1600) was verbonden aan de hofkapel en schreef madrigalen, chansons, odes, één mis, maar vooral psalmen (zowel in motetvorm als noot regen noot) die in zijn monumentale verzameling Dodecacorde werden gebundeld.

Wickham en zijn koor uit Cambridge maakten daar een keuze uit en combineerden die met een stel geharmoniseerde gezangen met dezelfde tekst van Louis Bourgeois, geharmoniseerd door Claude Goudimel (ca. 1505-1572) die bekend werd met zijn Hugenotenpsalter.

Omlijstend zijn Psalm 34 en het Lied van Siméon in het programma opgenomen. Het gaat om fraaie voorbeelden van de Frans-Vlaamse Renaissancekunst die inhaken op de Reformatie met invloeden van de madrigaalkunst.

Het 27-stemmige gemengde koor uit Cambridge zingt dit moois met veel zorg voor de historische juiste uitspraak en fraaie stemmiddelen.