CD Recensies

JANÀČEK: IN DE MIST; SONATE 1.X.1905; OP EEN OVERWOEKERD PAD. BASILOVA

Janáček: In de mist JW VIII.22; Sonate in es 1.X.1905; Op een overwoekerd pad I. Helena Basilova. QuinTone Q 120031 (55’49”). 2012

 

De werken voor pianosolo behoren tot zijn intiemste en spontaanste uitingen van Janáček. En wat de Sonate betreft ook tot zijn beste. De ongewone titel slaat op de dood van een Tsjechische arbeider gedurende een demonstratie waarin een echte Tsjechische universiteit werd geëist in de overwegend Duitstalige stad Brno.

Het antwoord komt uit het hart en is typisch Janáčekiaans: eenvoudig thematisch materiaal wordt op improvisatorische wijze ontwikkeld, er duiken onverwachte harmonieën en stemmingswisselingen op; gejaagde subtekstuële figuraties wijzen op innerlijke onrust. 

Het werk is slechts tweedelig (een derde werd vlak voor de première vernietigd). Het eerste heet ‘Voorgevoel’, het tweede ‘Dood’. Beide zijn heel sfeervol. In het tweede deel roept een gepunteerd ritmisch motief de sfeer van een rouwprocessie op die daarna langzaam verdwijnt.

De verzameling van tien (van de in totaal 15) korte stukken uit deel 1 van Op een overwoekerd pad die tussen 1901 en 1908 werden geschreven, herinnert enigszins aan Schumanns Kinderszenen, maar werden deels geschreven als reactie op de dood van ’s componisten dochter Olga.

In de mist wekt de sfeer van terloopse improvisatie.

Van al deze pianowerken bestaan legio opnamen, haast te beginnen met de heel idiomatische volledige opname van Rudolf Firkusny (DG 449.764-2, 2 cd’s). Tot degenen die zich op gelijk niveau manifesteerden, behoren András Schiff (ECM 461.660-2), Leif Ove Andsnes (EMI 574.789-2) en Charles Owen (Somm SOMMCD 028).

Maar de Russisch-Nederlands-Amerikaanse pianiste Helena Basilova laat hier een interessante, eigen visie op deze werken horen, die uitgesproken Slavischer, dat wil zeggen melancholieker is. Misschien houdt ze dat iets te consequent vol, maar het is een opvatting die het aanhoren waard is. De vormen van de sonate krijgen helder gestalte zonder verlies aan intensiteit en de korte stukken bezitten een behoorlijke mate aan urgentie, mee als gevolg van een heldere frasering. Het vriendelijke karakter van veel van dit moois wordt niet tekort gedaan.