PARA AKOESTIEK
PARA-AKOESTIEK met vertakkingen richting paramineralogie en -metalurgie We kennen de fysica. Wat met behulp van natuurkunde niet met duidelijk wetenschappelijke zekerheid kan worden aangetoond, valt in het bereik van de metafysica.We kennen de psychologie. Wat deze met semi-wetenschappelijke speculaties niet meer kan verklaren, behoort tot het domein van de parapsychologie. Aan de universiteit van Utrecht bestaat (bestond?) daarvoor een leerstoel. Wanneer ergens klopgeesten zijn waargenomen, gloeilampen spontaan stukspringen, water uit bloemvazen klotst of tandartsassistentes hun spirituele grappen loslaten op angstige patiënten: parapsychologen onderzoeken het nader. In elk geval zijn ze snel ter plekke.Ik pleit, dit alles overziende, voor het vak para-akoestiek. Liefst ook met een vaste leerstoel, mogelijk in de Nijmeegse geitenwollen sokken wereld, met Aalt Jouk van den Hul als bijzonder hoogleraar, met door de wol geverfde audioten als assistenten, met researchlaboratoria en proefruimtes, waar onnozele hifi freaks aan praktische proefjes worden onderworpen en liefst meteen met een afdeling Highendologie.De taak van dit instituut moet daar beginnen, waar de psychoakoestiek ophoudt. De para-akoestiek staat tot de psychoakoestiek als de parapsychologie tot de psychologie. Over psychiatrie hebben we het hier verder niet. Behandeling van para-akoestische slachtoffers is immers a priori onbegonnen werk.Een van de belangrijkste taken van de nieuwe academische discipline zou er bijvoorbeeld uit kunnen bestaan om nader te onderzoeken, waarom zoveel verstokte liefhebbers van de zwarte schijf nog steeds serieus volhouden, dat ze het niet uithouden in een ruimte, waar een cd wordt afgespeeld. Te groot is de psychische belasting tengevolge van volkomen vervreemde klanken en tegennatuurlijke codering (de zogenaamde verbitting, die zich uit in zagende, schrille, sprietige, gonzende, suizende geluiden).Juist en vooral zouden de enthousiaste para-akoestici ook eindelijk aan het licht moeten brengen, waarom cd allergie patiënten onmiddellijk en zo vaak men maar wil analoog en digitaal met elkaar verwisselen, zodra de proefopstelling in een blinddoektest wordt veranderd en zo wordt versluierd hoe en wat wordt weergegeven.Een andere werkgroep onderzoekers zou zich met nuttige hulp van de heren Houtsma, Wagenaars en Houtgast, verbonden aan het Eindhovense IPO (Instituut voor Perceptie Onderzoek), kunnen toeleggen op het vinden van een sluitende verklaring voor het feit, dat veel vakjournalisten, die over "gouden oren" heten te beschikken bij de nieuwe audiomedia in directe A-B vergelijkingen het duidelijke verschil in geluidskwaliteit tussen de mini disc (md met vijfvoudige datareductie en een blijkbaar minder uitgekiende codering) en de digitale compact cassette (dcc met viervoudige datareductie en een slimmere codering) niet beweren waar te nemen. Zou het een uiting van commercialitis kunnen zijn? Een sluipende ziekte, die helaas - ook op andere gebieden tengevolge van afbraak van kritische grijze cellen - steeds meer slachtoffers maakt in de te uniforme vaderlandse audiopers.De doorgaans povere geluidskwaliteit bij cd-i, de discrepanties tussen en vervormingen/vertekeningen van beeld en geluid bij tv (breedbeeld, stereo, surround), de kick welke voorafgaat aan gehoorbeschadiging bij overdadig gebruik van walk- en discman c.q. bezoek aan House Parties - dat alles wacht op nadere bestudering. Er is voldoende werk aan de winkel voor de para-akoestiek. Bovenstaand stukje ontstond rond 1995. Het kan ad lib met andere voorbeelden worden aangevuld. De tinpest in versterkers en regelpanelen, de ooit door techneuten van Kenwood ontdekte magnetische vervorming in versterkerschakelingen die op scoopbeelden griezelige proporties aannam totdat bleek dat die beelden bij –120dB waren gemaakt. Dan was daar de Leidse geleerde die poneerde dat edelgesteente (waren het robijnen?) op het 220V stopcontact een drastische geluidsverbetering opleverde, er waren de viltstiften, watertjes en folies die cd’s tegen boze invloeden behoedden en nu is er dan gelukkig de Furutech RD-2 Disc demagnitizer. Die bewerkstelligt volgens de advertentie o.a. dat de behandelde cd ‘plotseling een stuk analoger’ klinkt en de weergave ‘preciezer’, de ‘bas strakker’, ‘stemmen realistischer’ wordt/worden. ‘Het verschil speelt zich af in het microdynamiek bereik’. Hoezo aluminium demagnetiseren? Zelfs al bezit het cd laagje forse resten ijzer en nikkel, dan nog zal de aftastlaser zich daar niets van aantrekken. Geluidskwaliteit, klank is bovendien met allerelei parameters te definiëren, maar niet in termen van ‘analoog, analoger, analoogst’.Wie dit leest zal onwillekeurig denken: “Verdraaid is het alweer 1 april?” Maar nee, het is even serieus bedoeld als de duur betaalde met paardendrollen en wekkerveren gevulde kastjes die destijds de mensheid tegen griezelige aardstralen moesten beveiligen. Boerenbedrog is van alle tijden, maar het lijkt erger te worden naarmate meer trotse bezitters van ‘pretpakket’ schooldiploma’s, gesjeesde Neerlandici en drop-out sociologen de redactielokalen van technisch georiënteerde vakbladen bevolken. Inderdaad: er is dringend behoefte aan goedgeschoolde, nuchtere betawetenschappers!