Verg. Discografieën

MOZART: NOZZE DI FIGARO, LE, III

MOZART: LE NOZZE DI FIGARO III

 

Begin februari 1995 verzorgden de Operaklas enn het Symfonieorkest van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag o.l.v. Kenneth Montgomery vier opvoeringen van Mozarts Le nozze di Figaro KV 492 ‘met veel komische aandrang’ als ‘aanbiddelijke Figaro’ volgens perscommentaren.

Omdat Nozze m’n lievelingsopera is en omdat ik als docent Muziekregistratie daar zijdelings bij betrokken was, heb ik toen met een uitgebreide inleiding vooraf in twee delen (opnamen tot 1966 en na 1966) de meest uitgebreide discografie gemaakt. 

Natuurlijk stonden de ontwikkelingen sindsdien niet stil. Bijvoorbeeld is goed merkbaar dat het zwaartepunt bij operaproducties door de muziekindustrie begrijpelijk en terecht wordt verplaatst van de het cd naar het dvd formaat. Dat kan enerzijds een vollediger beeld geven van waar het natuurlijk ook om gaat: de totale belevenis vanuit een zaalopvoering waarbij de kijker als het goed gaat extra inzicht krijgt door een goed gevoerde beeldregie met close-ups en al. 

Maar het kan ook een nadeel hebben wanneer de regisseur een, de decorbouwer en de kostuummaker de achttiende eeuwse geschiedenis te zeer gaan vervreemden en aan het heden aanpassen.

Hoe dat ook zij: een korte aanvulling op basis van recenter verschenen opnamen lijkt gewenst.

 

De opnamen

 

Eerst de beide cd vormen. Voor de versie van Patrick Summers  uit Sydney lijkt het beter om de dvd kant te kiezen. Veel valt aan deze productie te waarderen: de Nieuw Zeelandse bariton Teddy Tahu Rhodes in de titelrol bijvoorbeeld. Ook zijn Susanna, de jonge Australische Taryn Fiebig zingt heel verleidelijk maar wat onschuldig maar erg goed in duetten en andere ensembles. Bariton Peter Coleman-Wright is expressief zowel als hij verleidelijk als wanneer hij kwaad moet zijn, steeds is hij arrogant. De gravin van Rachelle Durkin kan er mee door; ze oogt gracieus, maar zingt nogal vibratorijk en zonder inherent verlangen en verdriet. Redelijk geloofwaardig als opstandige tiener is de Cherubino van Sian Pendry. Gedegen zijn de kleinere rollen bezet en het orkest klinkt heel verzorgd.

Nogal controversieel is overal het oordeel over wat de Griekse dirigent Teodor Currentzis ons op nogal provocerende manier gerealiseerd op cd zowel als dvd voorzet. Voor Sony neemt hij (in Parijs) Mozarts drie Da Ponte opera’s op met zijn vitaal ‘authentiek’ spelende orkest uit Perm op. Così fan tutte verscheen intussen ook (en is in deze rubriek gerecenseerd). 

Zijn opvoering munt vooral uit door heel geanimeerde levendigheid meteen al in de recitatieven, mede ook als gevolg van grote dynamische contrasten. Het orkest (felle hoorns bijvoorbeeld) dat ongeveer een halve toon lager speelt dan we nu gewend zijn, heeft daarin een groot aandeel, maar ook de zangers gaan van fluisteren tot bijna schreeuwen. Luister bijvoorbeeld hoe effectief het sextet klinkt. Ook op het punt van appoggiatura’s, cadensen en versieringen is geen reden tot klagen. 

Bondarenko is geslaagd als graaf, Christian van Horn is een der betere Figaro’s en Malena Emman een juist karakteriserende Cherubino; de andere worden goed, maar niet echt markant ingevuld.

 

Dan de andere dvd opnamen.

Wie zoals regisseur Jossi Wieler bij dirigent Ingo Metzmacher de handeling naar de jaren zestig vorige eeuw verplaatst, loopt het risico dat de opera aan geloofwaardigheid verliest. Maar dat is hier niet het ergste. Het is best leuk om de expressieve Danielle de Niese expressief bezig te zien en te horen. Ook de meeste andere zangers  - zeker de dames onder hen - presteren naar behoren, maar Metzmacher dirigeert routineus, weinig inspirerend en de geluidskwaliteit is ook verre van ideaal. De vormgeving van de laatste akte was een dieptepunt. Dit was niet een productie waar de Nederlandse opera veel eer mee inlegde. 

Na een wat zwak begin komt de verklanking van Jesús López-Cobos uit Madrid gelukkig gauw op stoom, ook al blijft hij qua visie nogal een generalist. Regisseur Emilio Sagi zorgde niet voor tijdverschuiving. Verfijning zal men hier vergeefs zoeken: alles is zogenaamd groots. Bij de zangers die bijna allen graag het vibrato veel gelegenheid geven, vallen de sympathieke Luca Pisaroni als Figaro en de fluwelig klinkende, wel waardige, maar nauwelijks autoritaire Ludovic Tézier positiever op dan de haast Verdiaans agerende Barbara Frittoli als gravin en de niet meer dan redelijk goede Isabel Rey als te oud uitziende Susanna; Marina Comparato als Cherubino en Jeannette Fischer als Marcellina bevallen het beste wat meteen de zwakte van het geheel illustreert.

In Parijs werd voor Humbert Camerlo (op basis van de oude Giorgio Strehler regie uit 1973, Parijs en Milaan) Philippe Jordan een Frans-Italiaans-Russisch-Iers-Engels zangers team geworven. Verder gaat het letterlijk en figuurlijk om een heel conventionele aangelegenheid. Maar de bezetting biedt wel een paar glansrollen. Vooral de ook elders markant Ann Murray (Marcellina), Robert Lloyd (Bartolo) en Leggate (Basilio) en de ‘slachtoffers’ Frittoli (gravin Almaviva, haast overproportioneel),  en Ekaterina Siurina (Susanna). 

Bij regisseur Michael Grandage wonen in Glyndebourne 2012 de Almaviva’s in een Moors paleis, waaruit blijkt dat de Franse revoltie nog om de hoek loert. Enige overdrijvingen zijn echter niet vreemd. Zwakke stellen zijn er in de vocale bezetting bij Robin Ticciati die de orkestpartij vrijwel perfect en in vloeiende lijnen uitvoert nauwelijks. Op de ervaren Ann Murray, Andrew Shore en Alan Oke na horen we heel competente jonge krachten. Vooral Sally Matthews treft als een vrijwel ideale gravin.

 

Conclusie

 

Aan het eind van de rit blijkt alleen nieuwkomer Currentzis in aanmerking te komen voor een plaats op de eregalerij. Verder blijft het beeld zoals het was met voorkeuren voor de cd opnamen van Jacobs (Harmonia Mundi HMC 90.1818/20), Kleiber (Decca 478.1720), Giulini (EMI 358.602-2), Gardiner (Archiv 439.871-2), Solti (Decca 410.150-2) en de dvd opnamen van Haitink (Warner 0630-14013-2) en Pritchard (ArtHaus 101.089) en Gardiner (DG 073-018-9).

 

Discografie

 

2010. Teddy Tahu Rhodes, Taryn Fiebig, Peter Coleman-Wright, Rachelle Durkin, Warwick Fyfe, Jacqueline Dark, Sian Pendry, Kanen Breen met het Ensemble van de Australische Opera Sydney o.l.v. Patrick Summers. Opera Australia OPOZ 56003 (3 cd’s).

 

2012. Christian van Horn, Fanie Antonelou, Andrei Bondarenko, Simone Kermes, Mary-Ellen Nesi, Maria Forsström, Nikolai Loskutin, Krystian Adam, Garry Agadzhanian, Nataliya Kirilova met Music Aterna o.l.v. Teodor Currenntzis. Sony 88883-70926-2 (3 cd’s, 2u. 55’52”).

 

Video

 

2007. Danielle de Niese, Maite Beamont, Charlotte Margiono, Luca Pisaroni, Garry Magee, Cellia Costea, Mario Luperi, Marvel Reijans, Norman Shankle met het Koor van de Nederlandse Opera en het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Ingo Metzmacher. Opus Arte OA 3020B (4 dvd’s).

 

2009. Ludovic Tézier, Barbara Frittoli, Luca Pisaroni, Isabel Rey, Marina Comparato, Jeannette Fischer, Carlos Chausson,, Raoul Giménez, Enrique Biana, Miguel Sola, Soledad Cardoso met het Ensemble van het Teatro Real Madrid o.l.v. Jesús López-Cobos. Teatro Real TR 97002 (2 dvd’s 3u. 25’).

 

2010. Ludovic Tézier, Barbara Fittoli, Elaterina Siurina, Luca Pisaroni, Karine Deshayes, Ann Murray, Robert Lloyd, Robin Leggate, Antoine Normand, Christian Tréguier, Maria Virginia Savastano met het Ensemble van het Théâtre national Parijs o.l.v. Philippe Jordan. Bel Air BAC 071 (2 dvd’s, 2u. 58’ + 21’).

 

2010. Teddy Tahu Rhodes, Taryn Fiebig, Peter Coleman-Wright, Rachelle Durkin, Warwick Fyfe, Jacqueline Dark, Sian Pendry, Kanen Breen met het Ensemble van de Australische Opera Sydney o.l.v. Patrick Summers. Opera Australia OPOZ 56001 (2 dvd’s, 3u.).

 

2012. Sally Matthews, Vito Priante, Audun Iversen, Lydia Teuscher, Isabel Leonard, Andrew Shore, Ann Murray, Alan Oke, Colin Judson, Nicholas Folwell, Sarah Shafer met het Orkest van Age of Enlightenment o.l.v. Robin Ticciati. Opus Arte OA 1102 D (2 dvd’s, 2u. 50’ + 22’).